69
Profeten. Hij trachtte hun diep inzien te ge-»
Yen in den zedelijken zin en bedoeling hun
ner wet. Doch Hij verklaarde zich bij licn
niet regtstrceks over de nabij zijnde vernieti
ging der Mozaïsche huishouding, bij de op-
rigting zijner gemeente. Dit zoude ecne on
tijdige ontdekking geweest zijnvoor welke
de verlichtsLe en braafste Israë'lilen nog niet
rijp waren. Het zoude eene aanranding van
het Goddelijke gezag des wetgevers en grond
leggers van den Israëlitisclien staat, eene ver
breking der wet, eene staatsmisdaad geschenen
hebben le zijn. Daar door zoude Hij zich den
weg tot het hart van velendie in Hem ge
loofden en door Godsdienstige en zedelijke ver
verlichting en hervorming eerst langzamerhand
voor zulk eene bekendmaking moesten worden
voorbereidhebben toegesloten. Hij liet zich
dan ook niet bepaaldelijk uit over den aard en
de uitgestrektheid van het gezag, hetwelk bij
voortduring door zijne aanban gelingen aan
Mozes wetten, ter regeling van hun gedrag,
zoude moeten worden toegekend. Het was genoeg
zoo Hij hen, door leer en voorbeeld, gewen
de aan zulk eene beschouwing en beoefening
dier wetten, welke hen het wezen van den
Godsdienst in eene louter geestelijke en zede
lijke vereering van het Opperwezen en dqt dpr
deugd