85
In legended hadden zij rni eenen anderen lieer
die uit de dooden was opgestaanaan wien
zij eeniglijk verhonden waren wien zij in al
les mogten en moesten gehoorzamen, op dat
zij Gode hehagelijke vruchten voorthragten.
Dit was niet mogelijk door de opvolging der'
Mozaïsche wetgelijk die te voren moest plaats
hebben. Tegen derzelver eischen waren de
zondige liartstogten slechts te meer in beweging
geraakt, en hadden alzoo lievig in hun bin
nenste gewoeld en hun hel doodvonnis waardig
gemaakt. Maar nu waren zij even als dooi
den dood, ontslagen van de gehoorzaam
heid aan de Mozaïsche wetop dat zij dienen
zouden in nieuwheid van geest en niet in oud
heid van létterdat is, op dat zij als aan
Christus verbondenen in eenen geheel nieuwen
geest God gehoorzamen zouden, niet op de
oude wijze, slechts volgens dun letterlijken
zin met voorbijzien van de geestelijke bedoeling
dier wet, maar naar den regel door Christus
voor-
zijheeft Bosveld, in den geest van Pa u lus dunkt mij, zeer
juist verklaard. 1 D. bladz. 255 en volgg. Verg. II D. laatste Stuk
bladz. 255 en vervolgens.
Maar nu waren zij even als door den dood ontslagen.
Dit denkbeeld wordt uit het vorige opgehelderd. Aithans zoo kmnt
het my met Bosveld voor. /Sie zijne uitlegging 11 D. laatste stuk
bl. 268271 bijzonder bladz, 270. en de laatst aangehaalde plaats
uit het I L). bl. 255-272.
(m) Hom. Vil6.