126 keling en uitbreiding vinden wij verscheidene proeven van vers 2148. Des Ilcilands leer is hier ingerigt tegen de onvolmaakte voorstel ling van sommige wetten van Mozes, welker letter de Joodsclre leeraars haudliaafden, of schoon zij in derzei ver geest niet indrongen vers 213o tegen het misbruik en de verdraai- jing van anderevers 5i~~ 42en tegen grondbe ginsels door die leeraars ingeprentwelke vlak aanliepen tegen den Goddelijken geest der liefdewelken de Mozaische wet ademt. Dat de Mozaische leer door de Profeten ge predikt barmhartigheid ademde en het verzuim van menschlievendheidbij God niet kon ver goed worden door het stipt waarnemen der Godsdienst-plegtigliedenals die zelve tot een voornaam doel hadden de bevordering van Godebehagelijke mensclienliefde en deugd leerde Jezus den Joden met terugwijzing op hunne heilige schriftenMath. IX, i3; XII, 7, Luc. XIII, i4 enz. verg. Hos. VI, 5, Mich. VI, 8. In dienzelfden geest sprak PauuuS) in zijnen Br. aan de Bom. Hoofdst. II 1229verg. VII7 en 12 en 14ainsge lijks vers 6b en VIII4in zijnen Br. aan de Galaten en op andere plaatsen boven reeds aan gehaald. Math,

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1835 | | pagina 436