48)
door den Zaligmaker en zijfte afgezanten beves
tigd on vloeit zoo natuurlijk voort uit den He-
melschen oorsprongde bijzondere en algemeene
zedelijke bedoelingen en strekking dezer wetge
ving, dat bier omtrent mijns bedunkens, geen
de minste twijfel overig blijven kan. Maar van
welken aart is nu dit zedelijk gezag dezer wet
ten? Hoe verre strekt bet zich uit? Dit is ei
genlijk het raadsel, 'twelk ten slotte thans be
hoort te worden opgelost.
Daar het wetboek van Mozes eigenlijk slechts
een Israëlitisch wetboek is en als zoodanig de
Christenen niet verbindtgelijk door de Apos
tolische leer, tegen anders denkenden, met de
overtuigendste redenen, in het helderste daglicht
is gesteld, zoo schijnt het, in den eersten op
slag vreemddat nogthans door Jezus en zijne
Apostelen, van deze oude Joodsche wetbij hun
zedelijk onderwijs zoo veel gebruik is gemaakt,
en aan het Christendom zulke hooge gevoelens
van derzelver voortdurend gezag in de zedelijke
wereld worden ingeboezemd. Dit gezag moet
behoorlijk worden bepaald en in zijnen aard
ontvouwd zal men in geene ongerijmdheden
vervallengeene verkeerde toepassing van de
Mozaïsche wetten op onze Christelijke maat
schappijen makencn geene aanleiding geven
om