164
dat volk alleen-, 't welk Hij uit Egijptenland
nit het diensthuis had uitgeleid. Ook in de bij
zondere wetten wordt dit volk eeniglijk aange
sproken. Insgelijks in de redevoeringen door
Mozns ter inséherping cri handhaving der God
delijke inzettingen gehoiiden (y En het gan-
sche wetboek is ten duidelijkste naar de om
standigheden van dit vo'lk geheel en al geschikt,
gelijk ook door anderen opzettelijk en overtui
gend is aangetoond.
- JUl/'V I r. 'E'.,
De wet van Mozes was dan slechts wet voor
dit volk, niet voor andere volken, niet voor het
Christendom onder verschillende volken ver
spreid. Van hier dat Paulus ook met ronde
woorden beweerde dat de Christenen tot de
onderhouding dier wet met verpligt waren. Hij
maakt wijsselijk geene uitzondering van sommige
gedeeltenwanneer hij van dit ontslag der Chris
telijke gemeenten van deze wet spreekt. Mozes
wetgevend gezag kon noch mogt hij Christenen
gelden j maar eeniglijk dat van Jezus Christus.
Ofschoon dit nu volgens de uitdrukkelijke
leer van den Apostel Paüeus op den aard der
zake gegrondalzoo zijvolgt echter hier uit
geenszins dat van de Mozaïsche wettenzelfs
van
(y) Volgens het Bo*k Deutr.