97 hcid niet daar er eldeTs in pago scaldiseeuwen later nog een fluvius Colda gevonden werd (vergel. aanteeke- ning 50). Deze gansche streek tusschen de Schelde en Vernoutsée, op welke RomerswaalMacholeBrocckeKreecke en Steenvliet gevonden werden, kan ongeveer 10,000 Gem. gronds bevat hebbenvan welke 6 h 7000onder den naam van TVilde-moer bekendaan de Stad toebehoorden welke verpligt was daarvoor eenen jaarlijkschen cijns aan het Grafelijk Kantoor van Bewesten Schelde op te bren gen (Z. Ermerins, Romersw. bl. 5 7, 83 92 vg. Zuidb. I. 198). Deze TVilde-moer schijnt de geheele Ver- noutsée gevuld te hebbendaar zij zich over diverse Pa rochiën uitstrekte. (42). \Bladz. 19.] Dat tusschen de Vernoutsée en de Duivenée de Lodijk gevonden werd blijkt onweerspre kelijk uit de aangehaalde plaats van M. Stoke (B. VII. vs. 770 verv.)welke te lang is om te worden afgeschre ven. Laatstgemelde stroom is mede van zeer oude dagteekening en wordt, meenen wij, in het straks aange haalde charter van 976 reeds genoemd. Trouwens wij lezen déir verder: et in Host holt super fluvium La- raii a terram ubi possunt pasci verbeces 400 et super D 1- panha ubi 200 laterna. Ofschoon toch Prof. Kluit schijnt te twijfelen of men hier te denken hebbe aan Zuid- beveland dan wel aan Duivelandwaar een Oosterstcin in Oosterland gevonden werd of aan Goereewaar men een Diepenhorst heeftzoo pleit mijns inziens de waar schijnlijkheid voor het eersteen zoeken wij dit Oosthout in de Oostwateringwaar men voor eeuwen reeds aan de westzijde ook een Foorholt of Voorhout onder Kruiningen had. Want niet alleen zijn die andere oorden van jongere dagteekening, zoo als Oosterland uit het midden der XlVde eeuw; maar ddar werd ook, gelijk wij gezien hebben, eene Duvenée of Diepenée u en iev. en p werden toch meermalen verwisseld) gevonden, op welke nog in 1389 aanzienlijke aanwinsten geschiedden, voor welke Hertog Albert zich de hooge heerlijkheid voorbehield (verg. Mieris, III. 517). G Waar

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1836 | | pagina 105