OU
Waar echter de Lare ofLaraha liep, beken ik niet
te durven bepalen. Zij schijnt mij meer zuidwaarts bij
Krabbendijke bestaan te hebben. Trouwens ook deze heer
lijkheid was eene der oudsten van deze watering. Zij ge
raakte reeds in 1187 in het bezit der Abdij van der Does
bij Bruggewelke daarin laterniet alleen bij herhaling
gehandhaafd werd (Kluit II. 1. 212. coll. 264 et
2. 552. Mieris II. 330), maar ook met meerdere goe
deren begiftigd (Mieris II. 629). De abt van het
Krabbendijksche klooster liet de bijzondere dijken slechten
welke deze heerlijkheid aanvankelijk omgeven hadden (vg.
aanteek. 66) nadat dezelve met Scoudée en de Evers
waarden vereenigd en door de aanwinst van Tholseinde en
Nieaw'.andein de xiv<ie eeuw (vg. Ermerins i. hl.
114) ook aan Lodijke en Kruininge verbonden was ge
worden.
(43). Ook de breede IVatering bestond oorspronkelijk
uit onderscheidene brokkenvan lieverlede aan elkander ge
hecht en tot een geheel gemaakt. De oude ringdijk der
Nisse of Cervenisse is nog in hare Vijfzode volkomen ken
baar. IVcmeldinge lagzoo als in den tekst gezegd is
allereerst op zich zelve ja nog langen tijd na de vereeni-
ging zelfs op het einde der X Vide eeuw, werd het als nog
min of meer op zich zeiven staande beschouwd weshalve ook
de Dijkgraven den naam hadden van jDijkgraaf van de breede
JVatering bewesten IJerseke en van fVemeldinge StatA'ot.
van Zeeland d'Ao. 1596). Door het afdammen van den
JVich of JVijtviiet door de heeren van Kats, waardoor
Kattendijke ontstondwerd het met Dijkwel vereenigd.
Dit had reeds plaats op het einde der Xlllde eeuw; want
ten jare 1289 komt er reeds een Ridder Woifert van
Kattendijke voor (Kluit II. 2. 893), en Store be
schrijft (B. X. vs. 975) de reis van Willem III. van
Zierikzee naar Romerswaalmet deze woorden
€ti Uoec ten 2&n:benbamme ober
2£n 4So?töcliel,int anbe» oebcr/
Cu rtnic te Caetfe recljte boet/
Cu fcepebc Ijeöüe iff 0ijL'lji\:t
iCu