hö aangaat, uit een vonnis van het Hof te Mechelen (door Kluit, II. 2 io8t medegedeeld), waarin deze belang rijke zinsneden voorkomenfeue Dame Jacques con- tesse de Hollande et Zeellande voyant que par les grandes inundations qui advindrent en son temps et aussi au para- vant tant en Flandres que en Hollande lad1 riviere de la Honte qui par avant avoit esté petite estroi'te et peu profonde estoit devenuë si grandelarge et parfonde que tons les bateaulx tant Karaites gallaes que y poi- vent franchement navier et passer que les marchans estrangiers commencoient a prandre leur chernin pour tirer en Brabant per icelle Honte, en delaissant le che- min de lescaule de tout temps accoustumé en fraudant per ce nostre tonlieu de TersickeroortN (Vg. 1075 en 1077). Hiermede stemt volkomen in het geen Rei- gersberch zegt op het jaar 1393, (uitg. van Boxh., II. bl. 172). Ende tveergat worde van daghe te daghe grooterwyder en breeder overmits die groote stroomen ende vloeden, die daghelicitx uyter zee 'quamenen de mede om dat 'c zeewater veel ruymte kreech van die gheinundeerde landen. Desgeiyckx t gat van der Wie- linghe." (Vg. bl. 192). (57). Zie Reiger.sber.ch uitg. van Boxhorn, D. II. bl. 318. (58). E. van Meteren, Nederlandsche Historie, B. IV. bladz. 89 vso. (59). Reeds in het octrooi van bedijking van Breskens- zandA«- 1480 (aang. aam. 39) heet deze stroom de 5vilde zee en 't gat en de poort van der zee tusschen den lande van Vlaenderen ende dat eylandt Walcheren in Zeeland, Het eiland Wulpenhetgeen reeds in de X<le eeuw genoemd wordt (Ml Raus, I. 44, vg. III. 30), ging ongeveer dezen zelfden tijd verlorenwant in den omslag der belastingen over de onderscheidene leden van Vlaanderen van het jaar 1517 wordt het gemeld als geheel verdronken l'lacaatbvan Vlaanderen, D. I. bl. 571). Er is weinig van hetzelve bekend. Alleen schijnt het soms

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1836 | | pagina 124