4 Ik zal tnve aandacht even min vermocijen door hét ongegronde van dit sprookje (3) in het licht te stel len als door u te doen zien hoe dit verhaal de gezeg de verschijnselen geenszins opheldert, daar zij ook worden aangetroffen op plaatsenwelkeeeuwen vóór den gezegden watervloedreeds hunnen tegenwoordi- gen stand hadden maar alleen wil ik vragen of het bij het geloof aan zoodanige verhalen mogelijk zij éénen genisten dag op Zeeuwschen grond door te bren gen t Welk ontzettend verlies heelt dan toch dit ge west binnen weinige eeuwen ondergaan! Want, als of het niet genoeg waredat men den reuzenstroom welke Zeenwsch Vlaanderen van Walcheren en Zuid- beveland afscheidtin ecne eenvoudige graft hervorm de zoo verzekeren ons dezelfde getuigendat Wol- faartsdijk voorheen met deszelfs westelijk punt aan Arnemuiden paalde dat Vere zich uitstrekte tot tegen Schouwen en Noordbeveland dat deze beide eilanden zoo na aan elkander grensdendat de vrouwen die aan den oever waschlen elkander den bokstok toewerpen en een praatje houden konden; en dat, in den Roompot, de naam bewaard is geble ven van eene sterkte der Romeinenwelke eenmaal daar werd aangetroffen! En dit alles is dan niet alleen verloren maar zelfs de verbazende massa van aardenoodig om zulke breedten en diepten te vallen is verdwenen Slechts vijf eeuwen zijn voorbijgegaan en reeds is meer dan een derde gedeelte van het gewest, on- Men hoore slechts Rbygersbbrch, Chron. v. Zeel., I. hl. 5i3843 eld. uiig.van Boxhor kGuicci- JrRDSNi, tvtius JBelgii descr.p. i64, 199 eo m, a.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1836 | | pagina 12