133 besluiten zonder verkeerde gevolgtrekkingen te maken. Mén kan slechts trapsgewijze zoo ver komen. Sommige gronden toch zijn bij herhaling uitgegeven en onder ver schillende namen beverscht. Andere daartegen lagen eeu wen lang als schorren tot dat zij naderhand met brokken van vroegere bedijkingen nieuwe polders uitmaakten. Wan neer wij hier in bijzonderheden wilden tredenzouden wij zeer uitgebreid worden. Één voorbeeld volsta derhalve. Gelijk boven gezegd is, de vreesselijke vloeden van 1377 en 1404 hadden vooral het JJzcndijker Ambacht geteisterd. Eerst op het eind der XV^ eeuw gaf Hertog Philippus aan de de Baenst octrooi tot herdijking dezer gron den waarin nog de oudste namen voorkomen. (Zie het bij L. van O os dorp, het Regt van Zeeland op de Hoofd plaat bl. 25 en 39). Nu verrees het eene deel der over stroomde gronden na het andere gedeeltelijk onder nieuwe benamingen. Doch niet weinige van deze nieuwe bedijkin gen bezweken bij den vloed van 1570door welken IVa- tervliet en d'omleggende eenen dapperen slag'a en lange de nasmart voelden (Hooft, N. g. B. VI. bl. 217). De overige werden naderhand doorgestoken. Toen men ze nu in de XVIIdc eeuw weder bedijken wilde, werden zij, met de oude en nieuwe namen door elkanderaangewe zen en moest dit welwantterwijl men in lret octrooi van den Mauritspolder bij JJzendijke leestdat de landen die in dezen opgenomen zouden worden, toen (A°- 1614) meer dan 200 jaren met de zee gemeen gelegen had den staat in dat voor den daar onmiddelijk aanpalen- den Oranjepolderdat in dezen herdijkt werden de Oude en Nieuwe JJve-polders een deel der JJvewatering van Gater- nisseden dierentijd en Cortemanspolder (Gr. Placaatb. II.- bl. 19011909). Wij willen ons hier dus niet verder in verdiepen maar zullen ten besluite van deze aanteekening een woord over de verlanding van dit gedeelte zeggen hetwelk eerst in de laatste helft der vorige eeuw tot eene aaneengeschakelde kust is gemaakt. Met het indijken van het zuiddiep nam in 1688 de verlanding een begin bij Bier vliet. Reeds in 1701 werd deze plaats door den dijk in het Jonkvrouwegat aan JJzendijke vastgehecht. Het leggen van den Kapitalen dam verlamde aldaar in 1788 den laatsten zee-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1836 | | pagina 141