23 wijken (56) Ten jare Ï480 werden de Zieake en Looijve tot dus verre de hoofdvaarten van Middelburg op Antwerpen aanvankelijk afgedamd en ook de invloed hiervan op den hoofdstroom was spoedig merkbaar. Van dat tijdstip af drong deze onafgebroken aan op den Zuidbevelandschen oever; het Slue werd zoo aanmer kelijk verdiept, dat Jonkheer Frans van JJrede- rode er reeds in 1488 met 48 heuden kon doorvaren en alzoo het geschut van Arnemuiden ontwijken (57) gelijk het ook nog ten jare 1573 voor eene vloot be vaarbaar was (58): ja de IVielinge zelve breidde zich nu ook zoo zeer uitdat eindelijk het gansche Wulpen met de XVde eeuw bezwijken moest (59) b. Op de Oóster-Schelde De Ooster-Schelde was ten allen tijde wel de voor naamste uitwatering of mond der rivier doch evenwel in vroegere eeuwen niet wat zij thans is. In plaats van den hogt van Schouwen en de in dezen liggende Poelvonlplaatzag men aldaar in de XIIIlle eeuw nog bebouwde grondenja zelfs werd ten jare 1361 ten noorden van JVoordbevelandhet IVorigezand, en ten jare 1390, ten N. van Wemeldingehet S/ormzatiil be dijkt (60). Dan ter naauwernood werd in JSoordbe- velnnd de Waal in 1358 afgedamd, en in 1386 ook bet overschot van den Wijtvliet geslotenof de Zand- kreek of Zuidvlietde Schenge en het gansche Veer- gal werden dieper (61). En toen in 1653 de Mare- vlietin 1360 do Duveleein 1374 de Goldein 1400 het Zonnemeerin 1410 het Vosseneer en in 1173

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1836 | | pagina 31