08 of killen geheeten en gaven niet alleen in het algemeen aanleiding tot de benamingen onzer gehuchten 'gehoogdens en onzer dorpen torpenmaar waren tevens hec begin van vele dorpen en steden van dezen tijd. Men denke om ons hier tot Zxidbeveland te bepalen slechts aan IVe- meldinge waar er 3 Kloetinge waar er 7 's Heer Ar ent s- kerke enz. waar er een of twee worden aangetroffen. Som mige hebben nog den ouden naam, zoo als Moggershilen Sirheh of Sir Gillestorpde laatste bij Goes. Fortrapa FortarpeVoorterpen enz. zijn door eene zeer gewone letterverplaatsing, woorden v,an eene beteeltenis. Zij dui den aan de vooraangelcgene hoogten of vliedbergencu werkelijk ligt ook het punt onder 'j Heer Abtskerkehet welk onder overlooper Voirtrappen heet, tnsschen de twee zuidelijkste terpen der breedewatering in Zttidbevelandop de grenzen der aanpalende heerlijkheden van Kloetinge en Nisseaan de boorden der oude Gusetha en Zwakejuist de plaats waar de Graven van Hollandvan de vroegste tijden af, bijzondere goederen bezaten. Even zoo geef ik in bedenking, of men, in de oudste stukken, van Ostenna in Friesland gewaagd vindende, niet het oog zou moeten vestigen op Ostendebij Goes of op Baarlandin plaats van op Ostende in Vlaanderenmet M eijerus (ad A°- 1022), of op Hevsden in Holland, met van Wijn (op Wag., D. II. bl. 2). Het geslacht der de Vriezen werd toch reeds onder Dirk VI., 0111- crcnt 1070, op de lijsten der Hollandsche Edelen naar deze burgten, vooral den laatsten, onderscheiden als Vriese van Ostende. (16). Blaaz12.] Dat IValcheren en Borsseleten minste zeker het eerstgenoemde eilandtot de lijftogten der Keizerinnen behoorden, blijkt uitliet, door Kluit (11. T. II. P. I. p. 33) medegedeelde en opgehelderde, huwelijksverdrag tusschen Keizer Otto II. en Theo- phana, dochter van den Griekschen Keizer Roman us den JongenA°- 972 14 April gesloten. In hetzelve worden toch aan liaar afgestaan Provincias Walacra IViglémet weik laatste woord Prof. Kluit geen weg schijnt geweten te hebbenterwijl Harenberg, uit wien

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1836 | | pagina 76