ri tot de kennis van de voormalige gesteldheid dezer eilan den. Uit dezelve blijkt trouwens, dat Walcheren oor spronkelijk uit, ten minste, vier hoofddeelen bestond, welkereeds voor eeuwenonder de tegenwoordige be namingen bekend waren. Trouwens de Noordwatering vin den wij reeds in 1293 genoemd, en bestond zeker lang te voren: de Oostwatering komt in een brief van 1323 voor: van de Zuidwatering wordt niet vóór 1413 gewag ge maakt:en Ai Westwatering is als afzonderlijk ligchaam van nog jongere dagteekening. Het oude Borssele be stond uit een beoosten en bewesten, Vijf- of IJvezode. Baarland en Hoedekenskerke stonden als Oost- en West- Baarland, op zich zelve. Zuidbeveland was niet slechts in een beoosten en bewesten IJcrseke gescheiden, maar in het verdronken deel ook lag nog het dijkgraafschap tusschen de Idonte en Hinketinge. Noordbeveland was in een be oosten en bewesten Wich of Wijtvlict gesplitst welke in 1340 vereenigd werden. De zesde deelen van Schouwen waren in de Xllde eeuw nog even zoo vele afzonderlijke groepen of polders. Wij zullen deze alle verder meer van nabij bezien. (24). Door meren versta ik hierniet zoozeer eigen lijke binnenwaterenals wel waterkommenaan alle zij den genoegzaam door gronden omgeven. Zoodanige waren in het tijdvakwaarvan ik spreekten N. der Schelde het Zonnemeer tusschen Schouwen, Duivcland en Dreischor waarin, in de XlVJe en XV^e eeuwen, meer dan 1550 bunders lands bedijkt werdenen het Fossemeer benoorden Tholenhetgeen alleen in de beide heerlijkheden van dien naammeer dan 2600 bunders gronds heeft geleverd maar eene merkelijk grootere uitgestrektheid had. In het midden der Xlll'le eeuw was het echter reeds een uitge breid moeras bekend onder den naam van Friezendijksche moereu. Tusschen de beide armen der Schelde, om ringd door Walcheren, Borssele, Zuid- en Noordbeveland lag een waterplas, waarvan het Sloe is overgebleven en waarin men, sedert 1395, ten minste 3500 bunders in de CraaijertpoldersNieuw- en St. Joosland enz. heeft aange wonnen. Bezuiden de Schelde, 0111 van geene andere meer

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1836 | | pagina 80