28 1721» 16 November, daervan dependeerde in cas hy meerder tyd vergunde en verstrecking deede als voor drie dagenen dat de betaling in gangbaar geit moeste gedaen wordenen niet met koopmanschappen bij wyse van ruyling. De ongefondeertheyt van dese antwoort op onse missi ve des andëren daegs door onsé Sergiant (hebbende tot nytvoering van sbleke en andere voorvallen goede hoe danigheden) aengetoont syndeen voortsdat wy onse klagte souden doen aan Hoog gemelde Haar Hoog Mo gende, hoedanig hunne onderdanen wierden gehandelt in saken so noodwendig tot behouding van Schip en leven, is egter van die uytwerking geweest, (nogtans niet eerderdan nae verloop van vier a vyf dagen) dat ons plaatsen wierden aengewesen om de Siecken aan land te brengenmitsgaders tot het kappen van brandhout en 't water te halenvoorts krygende koe beesten fruyten en groente tot verversching van onse Sieken en 't Scheepsvolkdie aan het scheurbuyk sterk laboreerdenen onmogelyk soude bebben ge weest, (sonder herstelling van deselve) Zee te konnen kiesen; de reden nu van dese weygering sal nae alle apparentie ontstaen syn door eene vrese van geplon- dert te sullen worden, also al het beestiael en an dere meubelen van importantieselfs de vastgemet- selde koopere ketels van Suykermolenslandwaart gevoert waren in de Bosschenwant vermits de In woners in den voorgaanden oorlog sodanigen stroping door de Franschen aengedaen, nog versch en leven dig in geheugenis haddenhebben syons aansien- de voor Zeeroverstot conservatie hunner goederen dese precautie in 't werk ges teltgelyk ons sulx door de 1721* 16 November, 29 Ja geeslelyke aldaer is gesegt en bekent gemaakt, alsmededat wy hier tot St, Sebastiaan beter ons oogmerk om te ververschen sullen erlangen, dan op 't Eylant Grande soude te bekoomen syn geweest, also daer tegenwoordig nog twee groote Oorlogschee- pén waren leggendeopgepropt met familien en alder- hande Soort van ambagtsluydendie getransporteert wierden nae Rio de la Platawaer nae toe reets wel twintig Scheepen gepasseert en vertrocken waren om aldaer een Colonie of Volkplanting te stigten dog dit genarreerde sy so 't wilwy bevonden met groot vernoegendat ons volk van dag tot dag beterde eïi hersteld wierden door het versch vleesch en groente ook door de medehelpende landlugtdie seer veel tot het genesen van de Zee-Scheurbuyk contribueerd. Derhalve wierd by ons geresolveert om alles in een goede staat te stellenten eyndedat men tegens den eersten December soude konnen in Zee loopentot be vordering van onse reys't welk vastgestelt synde hebben eenige quaetwilligeals vier van 't Schip ben Arend en twee van 't Schip Tienhoven hun op den 30 deser geabsenteert. December 1» Ligten wy nae het schaffen van de vroegkost ons anker, doende vyf eerschoten van afscheyt voor den onder-Gouverneur of Gesaghebber, loopende tus- schen de vaste wal en 't Eylant St, Sebastiaanbe westen in Zee, gelyk wy beoosten aldaar ter thede waren gecomenin 't uyt lopenhebben wy den jon gen Matroos lifartinus van Geldervolgens sententie van

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1838 | | pagina 35