146 1722» 19 Mei, MilTw.ee Gebroeders fittenom welke reden wy en Tb iBurnoven SOo dieht by DB Galey af en aen hielden als 't moge, lyk waerop dat men in cas van schipbreuk in ge. reedbeyden dus tot hulpsoude wesenen op dat de ebuïoupen ons des te facielder konden rapporteren van 't geene de noodsaeklykheyd vereyschte dat werk, daedig ter uytvoering behoorde gedaen te worden. Na verloop van omtrent 2 urenkwam onse chaloup terugseggendedat het Schip vast sat met de boeg Spriet over de wal, dat sy een anker achteruyt ge- bragt en de seylen op de mast gebrast hadden; maer dab sy benoodigd waren een werp-anker met des- selfs touwom het selve dieper in Zee te brengen en dus met meerder kracht daeraen souden winden. Voorts verhaelde onse stuurmandat hy op syne terug komst de chaloup van Thi es hoven ontmoetende, daertegens het selfde had gesegd welke te gelyk naer syn schip wederkeerde om het versogte te besorgen. Na verloop van een kleyne tusschenpoosing van tyd begafsich onse chaloup, insgeLyks de boot en chaloup van Th j en h oVE ymet het noodige derwaerds. Den dag aenkomendesagen nog 2 andere laege Ey- landendie wy des nachts met eene gelukkige onwe- tenheyd (alsoo wy deselve niet gesien hadden) passeer den welke door eene tusschenwydte van 1| myl van den anderen afgescheyden leggensynde van binnen vol zout wateren hebbende alleen een soom of rand alg een dykdaer het geboomte op staat; peylende hot midden van het selve na gissinge 2 mylen in t Noorden ten Oosten van onsen gaven daeraen den naem van de Twee Gebroedersomdat sy den an- de- Schade lyk Eiland147 deren gelykdaentig syn. Wy peylden ten selven tyde pg Africaansche Galey9 in het West-Zuyd- Westen myl van ons, leggende met de marseyls 0p steng. Bevonden ons des middags op de Zuyder breete van 14 graden 41 minutenen op de lenkte van 226 graden 32 minuten de gegiste cours was West ten Noorden 11£ mylde wind Zuyden Zuyd- Oost en Oost-Zuyd-Oostmet een bramseyls koelte. Omtrent Zons ondergang peylden den Noordhoek van »t Eyland daer de DE Galey op vast sat, (en van ons genaemd wierd het Schadelijk Eylandomdat wy voor desselfs behoudenis seer bedugt waren, alsoo gyna vlotwording te lang vertoefde) Noord-West ten Westenen de Westhoek van 't Eyland de Twee Ge broeders Noorden ten Oosten van ons. Des nachts laveerden wy met alle kracht van seyl om boven het Schadelyk Eyland te geraekensynde een styve ge reefde marseyls koeltevergeselschapt met travaden soo dat onse voorsteng een krak kreeg en 't groot marseyl van een scheurde. 20. Was de wind Zuyd-Oost en Oost-Zuyd-Oost, met een gereefde marseyls koelte en een hooge Zee lieten onse vlag in schiou waayenen doende eenige Canonschooten met een weynig tusschentyd, óm te kennen te gevendat een van de chaloupen soude af komen ten eynde ons berigt te geven wegens den staat en gesteldheyd van de Africaansche GaleyMaer devvyl er geen vaertuyg afkwam, en men van steng konde siendat de branding der Zee achter over het Schip sloeg; soo waeren wy niet al-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1838 | | pagina 94