16 VOORBERIGT. van 1828 voorgesteld, doch niet beantwoord, is bij dat van 1834 andermaal opengesteld. Op dezelve is een antwoord ingekomenonder de spreuk Veel zijn we9 o Werktuigkunde aan uwen raad verschuldigd: Gelukkig is het land dat u naar waarde huldigt. Het Genootschap oordeelde in de Algemeene Ver gadering van 10 Mei 1837dat dit stuk alzins bewij zen opleverde van des Schrijvers grondige kennis doch vond zoodanige bedenkingen en zwarigheden dat het dit stukzoo als het lagniet als eene vol doende beantwoording der vraag kon aannemen en be- kroonenen heeft den Schrijver uitgenoodigdom ziek anoniem bij het Genootschap aan te melden ten ein de 's Genootschaps bedenkingen te vernemendezelve op te lossen of zijne stellingen toe te lichten, en vervolgens de nadere en finale uitspraak door eene vol gende Algemeene Vergadering af te wachten. De Schrijver heeft aan deze uitnoodiging voldaan hem zijn 's Genootschaps bedenkingen medegedeeld zijn antwoord wordt te gemoet gezien. Bij het Programma van 1834 werden de volgende vragen voorgesteld, te beantwoorden vóór den 1 No vember 1835. XCV. Daar het schijnt dat Zeelanden in het bijzon der het Eiland Walchereneven als het Deensche See- V OORBE RIGT. t? Se el andde hoofdzetel der Ueidensche èéfdiCnst tft>or de aangrenzende Volksstammen is gefeest; ^Zie MoneGeschdes Heidenthums im Nordli&k&n Eu ropa T. I. p. 265. II. p. 69346347) ^erf§&gt het Genootschapdat naauwkeurig onderzocht wor de welke de reden is, dat deze beide gelijknamige Gewesten in deze hoofdbijzonderbeid zoo zuiderling overeenstemmen en dat men verder alleswat oude - - Gedenkstukken Volks-overleveringen Berigten der oude Schrijvers Plaatselijke benamingen enz. kun nen bijdragen tot de kennis van de Godsdienstleer der aloude Zeelanders en hare vergelijking met die van het Deensche Seelandnaauwkeurig bijeen ver- zameleaan de gevoelens der latere Geleerden toet- seen daar over een nieuw licht trachte te ver spreiden. Er is destijds geen antwoord op ontvangen.:*bij het Programma van 1837 is de tijd ter beantwoording ^r- lengd tot den 1 November 1838 als wanneer er .één ant woord op is ingekomenonder de spreuk: HAAo£av TVjV $ó£av rov dQödprOy Qscü iv êpomfictrtdxópoï QQeepTGV dvöpwsrou, ml eivtav ml rerpcacóScov vtfyl èpfjejim. Rom. 1. vs. 23. j.'ï7 sS<>(ï In de eerstvolgende Algemeene Vergadering <zal over; dit stuk uitspraak geschieden. i JTJOZ XCVl. Daar.menig kunstgewrocht der Oüdéln-*, *twélk door deszelfs volkomenheid voor volgende eeuwen scheen bestemd te zijn door den tijd9 dal is, Hèlor den m - i*t ./j l it - - 1 Jl 1 - - V<

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1839 | | pagina 10