b6 kantige plint, waarop ook de hond regts en de ooftschaal links gevonden worden en op welks voor zijde het woord beae te lezen staat. De zijkanten hehhen sierlijk lofwerk; de achter kant heeft ecne gordijn en op het dekstuk liggen vruchten. Het geheele opschrift is deae heiialekmiae dacirds eiffiokis pilius v. s. e. m. Afbeeldingen er van zijn bij Smaleegangf. n°. 4, Ergelberts III. 126 en Casregieter. 30. a, b, c. PI. XVII. De voorzijde van de zen zich weder te Domburg bevindenden steen heeft de outaarnis met dubbelde kolommen waarin de Godin gezeten is met den linkervoet eenigzins vooruitgeslrekten houdende naar het schijnt met de linkerhand iets op den schoot. Volgens de vroe gere afbeeldingen (Smaeeegange n°. 14) was de thans ontbrekende reglerhand legen het hart gedrukt. Vg. ook Carkegietek. De zijkanten, waaraan sporen zijn van ligtroode beschildering-, hebben een' boom of plantgewas. Het opschrift is: deae kehaeaerriae l(iicius) festi cs primus. v. s. l. m. 31. PI. XVIII. De steen die thans zeer geschonden is en de geheele regterzijde verloren heeftis te Dom burg ingemetseld in eene, op het laatst der vorige eeuw gemaakte brug, op de buitenplaats IVcsthooe. De voorzijde geeft de Godin nagenoeg in dezelf de houding als in n°. 22. Is mijn vermoeden gc-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1845 | | pagina 106