92
4. Een slcen hoog 4 voel, breed 21/2 voet, dik
13 duim, afgebeeld bij Sjiallegajsge onder n°. 1G
en bij Danckerts op PI. 10.
Men zag op de voorzijde in de outaarnis de Go
din zittende en met de banden op de dijen ge
strekt. Aan hare linkerzijde stond een groole bak
met ooft. Op de zijkanten zag men Godenbeelden
op kolommen. De Hercules aan den regterkant
was geschonden; de Neptunus aan den linkerkant
hield met de regterhand eene kruik, met de linker
den drietand. Van bet opschrift was alleen bet
woordt Neiiiki^enniae leesbaar.
5. Het voetstuk eener kleine kolom ongeveer één
voet hoog en breedzonder beeldwerk doch met
een opschrift, hetwelk door Keyslerpag. 250, al
dus wordt opgegeven
deae
hehalekriab
ascattikius
rasvco
v. s. l. m.
De steen was door Ds. Doot gezonden aan Profes
sor Reland.
6. PI. XIX, li". VI. Een fragment met beeld
werk, zijnde een wiel en hoorn of ploegschaar
naar de oorspronkelijke teekening van Schuylesbukgh,
van welke ook gebruik is gemaakt op de 8e. Plaat
van Dayckerts. Vg. hoven n°. 19, hl. 79.