101
A. St een en Vaatwerk.
1. Een brok sleen, lang 4, breed ruim 2 palm,
van eeue steensoort die met versteende planten
gevuld is, en volgens opgave ook te Aoelgem in
Weslvlaanderen voorkomt. De oppervlakte is
de bijna half afgegraven heeft soortgelijke doch weer eenigzins an
ders gewijzigde, resultaten geleverd. De grond er van bestaat desge
lijks uil kleiaarde of leem derrie, zand met schelpen enz., in het bo
vendeel doormengd met zware brokken blaauwe en grijze keisteen
stukken zandsteen krijt en derg voorts scherven beenderen rams-
hoornen mosselschelpen zwarte aseli enz. Opmerkelijk bij denzei ven
is j dat bij dat weggraven in de noordelijke helftbijna in het midden en
1,60 el beneden den top, gevonden is een vloer in kalic, vanslccht-
gebakken geele en roodachtige moppen, lang 25, breed 12 a 13,
dik 7 ned. duimen. De vloer was ruim 3 el lang en breed en
had de zijden naar de hoofdslreken. Aan de noordzijde was een kolk
of Q put van 25 duiin op 25 duim-, waarin eene zwarte aseh doch
slechts geringe sporen van verbranding. In de nabijheid van deze
put lagen stukken houtskool en een klein door roest onkenbaar
geworden ijzeren voorwerp. De sfeenen zagen er uit als of zij
nooit aan de lucht waren blootgesteld geweest. Op gelijke hoogte
liep aan de Z.zijde eene vrij dikke schelplaag. Een el of drie la
ger aan dien kant werd desgelijks eenig metselwerk ontdekt doch
van harder gebakken geele steenen enkele geheel verglaasd, lang
27, breed 13, dik 6 dnim, op één van welke cenig ruw cijfer
was ingedrukt, waaruit men XV of XXX zou kunnen maken. De
scherven waren gedeeltelijk van tamelijk fijne roodgebakken aaide
met eenig gering verglaassel op enkele punten, gedeeltelijk van
potten van graauwe aarde van buiten glad bewerkt en zwart ge
kleurd, maar niet verglaasd of versierd. Voorts een fragment van
een eenigzins misvormd geelachtig bruin glazen schaaltje of kom
metje enz. Onder de beenderen bevond zich het liielbeen van een
notj niet tolicusscn mcnsch. Tot nog toe is er geen enkel soort
gelijk stuk in een der vliedbergen gevonden. Het kan evenwel
zeer goed herkomstig zijn uit den sedert eeuwen aangrenzendeu
kerkhof, en doorspelende knapen derwaarts zijn overgebragtdaar
de vindingplaats mg niet werd aangewezen. Men had het er opgeraapt.