182
stemt is gemakkelijk te bewijzen. Magusanus is
toch blijkbaar verwant met bet Brittische Mo-
gon betgeen zich laat ophelderen uit liet Breton-
sche mógvuur, en voorts haardstede, hut, huis;
of uit het Gaëlische mawgvuur, rook; of het Kel
tische maghuis. Eigen tlijk evenwel is het woord
Persisch; want mog is in die taal, vuur maken; en
met de aan dat volk eigene uitgangsletter der per
sonen en waardigheidsnamen kwam van hetzelve
naar Herodotus de priesternaam magusOnwil
lekeurig herinnert ons dit weder aanOrmusd, (vg.
bl. 20) die in de Zendtaal Ahura Mazdao genoemd
wordt, hetgeen wij voor synoniem houden met
He rcules Magusanus, vermits de Persische Or-
Traj. bij ÏÏATTHAErs, Anal., Tom. III, p.33, v. p. 317, voegde Kei
zer Otto ten jare 833 den TT trechtschen Bisschop Frederik I. toe:
Carissime fili, ecclesia Trajeclensis elegit te in episcopum ut tua
sancta doelrina castiges et convertas populum peccantem. Quia
ergo Walcheren est insula quod est iamentabile inultum et po-
pulus pessiinis in peccatis vitam agens, de quibus dicitur, quod
nou soi.uin frater cum sorore sed et mater cum filio contrahunt.
Quare te adiuramus per omnipotentem Deumut huiusnrodi ho
is mines a tam inceslo opere coërceas, vel si opus fuerit, excommuni-
catione fnhnines." Hierbij mag ik de woorden van Bardesakes wel
ovcrnemeuGij zult u behooren te herinneren hetgeen wij gezegd
hebben (Zie boven bl. 124, de noot) dat de Magusaners niet alleen
in Persia hunne dochters en zusters huwen, maar ook onder elk an~
der volk waar zij wonen mogen vasthoudende aan de van de voorva-
».deren ontvangen wetten en godsdienstige gewoonten." (Ebsebius
Praep. Evang., p, 279). De overeenkomst is in der daad verrassende.
In de Germ, tongvallen komt van hetzelfde grondwoord
maagaanverwant, van maguszoon, waaruit de Zeeuwen, door
den klemtoon op de laatste lettergreep te leggen hun guus voor
kinderen hebben gevormd.