217 «dooden. Toeu liet volk echter dit zag, stond het i) op tegen Waluchryn verdreef hem en zijn huis- gezin uit de stad, en sloeg velen van zijne diena- ren dood. Binnen drie dagen daarna kwam hij met groole inagt terug, om de stad in te nemen, «maar de burgers boden krachtigen weerstand en a in zoo groolen getal, dal zij hem verjaagden en a verdreven lot over de zee. Toen nu Walachryn zag dat hij tegen het volk niets koude uilrigtcn, is hij met al zijne knechten scheep gegaan en over zee gevaren, tot hij aan een eiland kwam dat nog woest en onbewoond gelegen was onder de eilanden van «Zeeland. Daar vestigde hij zich, bedijkte het ei- landen sterkte het met hooge wallen tegen den «vloed der zee en noemde het naar zijnen naam, Walachria dat nu J-Valclieren is. «Langen tijd bezat bij en zijne nakomelingschap «dit eiland, en de hertogen van Walcheren starn- men van hem af en zijn uit hem ontsproten." Wolf teekent hierbij aan, dat eene Keltische volkplan ting en lie lus- of zonvereering op Walcheren hoogst on waarschijnlijk zijn. Ka hetgeen wij bl. 123 van de Mo- rincn en tater van de lichtvereering hebben gezegd, mogen wij dit niet toegeven. Veeteer sluit de Sage zich boven verwachting aan al het aangevoerde, en verkrijgt alzoo eene waarde, welke wij haar anders ontzeggen zouden. In de 11. S. Chron., boven bl. 131 aangehaald, heet de God, wiens beeld door Willebrord werd omvergeworpen, AValcher. Hoelasos I, bl. 7, houdt dit voor een' plaatselijken bijnaam van Wodan. JBuurijgh West- land, 1)1. 2G5 gaat nog wat verder en zegt: I'alkv of

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1845 | | pagina 237