233 haar die hemelsche echtomarming deed genieten waardoor zij wederom moeder zoude worden wanneer de landbouwer hierdoor bet vooruitzigt kreeg op nieuwen overvloed uit haren vruchtbaren schoot; dan reinigde men de woningen en versierde ze met groen en lentebloemen. De herinneringen aan den winter werden zoo veel mogelijk vernie tigd; de menscli volgde het voorbeeld van de die ren des vclds en de vogelen des hemels; hij zocht cene gezellin voor zich en bragt der groote moeder gebeden en offers, opdat zijne nieuwe betrekking gezegend mogt worden. - Wanneer de zon haar keerpunt aan den hemel bereikte, na de kostelijke vrucht des velds tot rijpheid te hebben gesloofd zoodat de oogst op handen was, dan juichte het landvolk op nieuw, terwijl de handelaar zijne wa ren aanbood en bij goede zaken ook den milden gever van welvaart zijne offers bragt. Wanneer de vruchten waren weggeborgen en men met be daardheid het strenge jaargetij kon afwachten dan erkende men ook dezen zegen bij het feest des oogstesen wel op zoodanige wijze, dat zelfs de dienstbaren er deel aan kouden nemen. Einde lijk werd, bij het tweede keerpunt van het groote hemellicht, deszelfs blijkbare opklimming dagen achtereen, onder onafgebroken feestgewoel en feest gejoel vrolijk toegejuicht, vermits geen noodzake lijke arbeid den mensch verpligtte om aan zijneuit spanningen zoo enge perken te stellen. Vergelijken wij nu deze grondbeginselen met hetgeen wij in hel zuiden en noorden aantreffen

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1845 | | pagina 253