248
droom-uilleggers waarzeggers planeetlezers en ho
roscooptrekkers genoemd worden; want dat dit
laatste ook toen reeds geschiedde, hlijkt uit de
13 van Eligius, welke geheel op deze dioini van
toepassing is. Zij waren dus eigenlijk de Druïden
of geleerden onder de priesters, wier meerdere
kennis op deze manier werd aangewend. De
sortilegae waren de wigchelaars, die oorspronkelijk
uit verschillend vogelgeschreihet gehrieseh of
gehinnik van paarden en derg., besluiten voor de
toekomst opmaaktenwaarvan Eligius 2 en 17
gewaagt. Zij zijn van lieverlede opgevolgd gewor
den door de goedegclukzeggers, handenkijkers enz.,
die uit koffijdik eiwit, kaarten en dergelijke te
weten kunnen komen waarvan de toekomst zwan
ger gaat. De praecantatores eindelijk, in latere
tijden incanlatores genoemd waren zulke die door
het zingen van oude heilige zangen of looverliede-
ren op de menschen poogden te werken en nader
hand gewoonlijk bezweerders werden genoemd.
Oorspronkelijk waren zij zeker wel de gewijde zan
gers, die hij de hooge feesten, of de kooien vorm
den of al zingende de plegtige rondedansen der
menigte bestuurden waarvan Eligius §4en 15spreekt.
Vatten wij nu dit alles zaïnendan vinden wij
hier vier klassen of orden aan priesters welke wij
zouden kunnen onderscheiden in
N atuuronderzoekers wijsgeeren of Druïden
Bestuurders der plegtigheden en offeraars
Wigehelaar*en
Zangers, of Barden