XI De berigten van vredids en smallegange over de ontdekking der Zeeuwscke monumenten, bevatten tevens reeds aanwijzing van vroegere pogingen ter hunner opheldering. Ten deze mag echter niet voorbijgezien worden een uitgever van vele dier ge- denksteenen, wiens werk reeds kort voor dat van vredius in het licht kwam, en hetwelk dus, hoe wel enkel in afbeeldingen bestaande, wegens des- zelfs oudheid, voor de kennis dier gedenkstukken niet geheel zonder aanbelang is. Het zijn de dooi den graveur u. danckerts op 13 Platen in folio uit- gegevene AJfheeldinge van de over Oude Rari teiten aan de strandt omtrent Domburchge vonden den 5 Januarij 1647 enz.Hagae Com. 1647. De teekeningen dier Platen zijn, blijkens het onderschrift, door Sbdkgh (d. i. n. van sciiuy- lenburgh) vervaardigd 1), zoo als blijkt uit oor spronkelijke teekeningen van denzelfden die heden nog aanwezig zijn. Deze op de Bibliotheek van het Koninklijk IS ederlandsche Instituut berustende, werden mij, ten behoeve dezer uitgaaf, door den heer bibliothecaris Mr. d. j. van lennep, welwil lend ter leen verstrekt, en derzelver gebruik is ter plaatse vermeld. Bij vergelijking dier oorspronke lijke teekeningen met de gegraveerde Platen van danckerts, ontwaart men, dat zij talrijker, naauw- 1) Yredius 1. c. noemt hem Sculenburgium. Hij was toen ter tijde een schilder tc Middelburg.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1845 | | pagina 311