17
auf eincn andcrn gemeinschafllichen urquel als
den einen sich selbst gleichen Menschengeist zu-
rüclizufüliren." Want ook eene van zijne hoofd
stellingen is s. 200 iiber den ursprünglichen Zu-
sammenhang und die Verwantschaft der Völker bc-
lehrt uns mit Sicherheit allein die Sprachvor-
nschung." Deze nu leert ons, dat Indiërs en Per
sen Grieken en RomeinenKeilen en Germanen
zoo al niet geheel dan toch grootendeels denzelfden
oorsprong hebben gehad en uit écnen stam zijn
voortgekomen De godsdienstige begrippen dier
verschillende takken mogen, door tijd en lucht
streek aanmerkelijke veranderingen hebben onder
gaan; verbeelding en vernuft, zinnelijkheid en ze
delijk gevoel mogen gecne mindere wijzigingen heb
ben veroorzaaktmen zaleven als bij de taal zoo
ook bij de godsdienstige denkwijze slechts behoeven
terug te keeren tot de eerste en eenvoudigste vor
men en voor allen vaste punten van overeenkomst
verwerven. De geest des menschen wordtja alom
op gelijke wijze ontwikkeld; doch ook blijven de
begrippen van zijne vroegste jeugdhem bij en worden
door de veranderde omstandigheden slechts gewijzigd.
De oudste huldeden Eeuwigen toegebragtwas
met op eenig leerstelsel gegrondmaar veeleer ge
schiedkundig. Wanneer de mensch op bet hem
omringende acht geeft en der dingen wisseling op-
5Ien zie het werk van den opgever der vraag II. A. HtxiKEB
Academische voorlezingen over het nvt en de belangrijkheid der
Gramm. vergelijking van liet Gr., het Lat., en de Germ, tongvallen
met het Sanskrit. Leid. 1835.
2