33 tiacorumHet is dus de hercules geweest, die in eene plaats of streekMacusa of Magusa ge- heeten, door de Romeinen, en mogelijk reeds voor of gelijktijdig met lien door de inboorlingen, als eene met hercules meest overeenkomende Godheid -) is vereerd geworden. Waar dit Magusa of Macusa gelegen heeft is niet zeker; het komt noch bij ptolemaeüs, noch in de Itinerariënnoch op de kaart van peutinger voor. Plinius echter maakt gewag van een Macusa in Phoenicïë 3), en volgens den anoktmus ravennas lag er een Mecusa in Fruncia Rhinensis 4). Een Ma- husenham, Mahusenhem of Mehusenheimechter bevond zich eertijds, volgens een oud charter bij van mieris, in het land der Batavieren bij den Ryn 5). En daar nu juist alle drie de gedenk- steenen waarop de naam macusanus voorkomt in ons vaderland gevonden zijn, zou ik genegen zijn oin liet daarop bedoelde Macusa voor den naam van eene vaderlandsche plaats te houden. In welken tijd bepaaldelijk deze hercules onder dien naam be kend en geëerd is geweest, weten wij uit penningen van postumus, op welker keerzijde het omschrift herculi magusano voorkomt c)en welke uitmun- Orell. n. 2013. 2) Op zulk eene wijze verstaan wij de plaatsen der ouden, waar zij de Goden der Germanen en Galliërs met Romeinsche namen noemen; zie b. v. tacit. Germ. 943 en Ann. II. 12. 5) nist. Nat. YI. 29. 4) Gcogr. L. IY. 26. 5) Charterboek van ITolImidI. D. bl. 17; vergel. cannegieteR in Postumo p. 163. 6) Zie die penningen bij vaillant, Ntm. Imp. Ream, praest. I. p. 3

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1845 | | pagina 363