55 te Mets; bij montfaucon, Ant. Expl. Supplem. T. I. PI. LXXXV, volgens mongez, texte p. 103, m(artin), Rel. d. Gaul.ll. 146, en keissler, Ant. Sept. p. 394, hebben twee derzelven rozen in de hand. 7. Drie matree Augustae boven de deur der kerk te Aisnai; zie m(artin), Rel. d. Gaul. II. 146. Elke heeft ronde vruchten in de hand, en de mid delste daarenboven een' horen des overvloeds. 8. Eene mater villae Faijnae, in den linkerarm een' horen des overvloeds houdende; bij groter, p. 1075, ontleend aan boissard, Ant. T. IV. p. 56. De onderste afdeeling bevat, behalven een geschon den opschrift, een klein nisje, met dubbelen rond boog, in het welk twee personen naast een outaai- staan, blijkbaar met offeren bezig. De grootste links, gehuld in een' langen mantel, is de priester, die met de linkerhand eene schaal op het outaar uit giet. De kleinere, wiens gewaad niet meer met juistheid te onderkennen is, schijnt een offerknaap camillusdie met de regterhand vermoedelijk het offerkistje draagt. Van het opschrift, hetwelk slechts uit drie rijen bestaan heeft, is alleen de eerste en laatste rij met genoegzame zekerheid te lezen, na melijk sei[ü]a[l]e of nei[h]a[l]e[n] e ubens m erilo. Het is de vraag, of de tweede rij, voor een ge deelte, nog de voortzetting van nei[h]a[e]e of nei[ii] a [l] e [n] bevatte (b. v. kniae, niae of NIB), dan of men er enkel den naam van den toe-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1845 | | pagina 385