98 draagt inwendige blijken van meerdere waarheid. Intusschen vermoed ik, dat op den oorspronkelijken steen regel 3nietm. satvrnnivs, maar m. satvrni nivs gestaan heeft, of althans had behooren te staanwant de naam is van satvrnvs afkomstig welks uitgang vs, niet in nvs, maar wel in ivs, invs en inivs veranderd worden kan. Indien de steenhouwer niet vergeten heeft na de eerste n nog eene l te beitelenis het nogtans te begrijpendat de Keulsche afschrijver de l over het hoofd ge zien heeft, welke letter, gelijk dikwijls bij Romein- sche opschriften, in een' verlengden schenkel der eerste n kan bestaan hebben. Wij zouden derhalve den naam m arcus satvrni nivs evpulvs lezen. Men kan tegen deze opvatting aanvoeren, dat Dr. lersch berigt heeft, den codex t. a. pl. naauwkeurig geraadpleegd te hebbenen dat er zich te Bonn in het Museum een steen bevindt, waarop de naam saturnnius even zoo gespeld voorkomt, met het opschrift honori et vavori saturn nius lüpulus Doch niettegenstaande deze bedenking, meen ik dat de naam foutief is, en zou het waarschijnlijk ach ten, dat ook op het Bonn'sche opschrift de I achter of in de eerste n aanwezig geweest wasof had behooren te zijn. De tekst van dien steen lijdt, zoo er, gelijk Dr. lersch meent, dezelfde persoon op bedoeld wordt, aan het gebrek van den voor naam warcus. Wanneer de Bonn'sche steen van J) Lersch, t. a. pl. I. n. 13.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1845 | | pagina 428