122
j>en, en hen voorstellende, naar hunne kunst en
hunnen godsdienst, met attributen van die Goden,
wier karakter met de nieuwe plaatselijke meest over
eenkomstig scheen.
Maar hebben deze beeldenvereenigdnaar wij
meenenin één heiligdom gestaanzoo rijst onwil
lekeurig de vraag opaan welke Godheid dat hei
ligdom in de eerste en voornaamste plaats gewijd
was? Het zal sommigen misschien vreemd voorko
men die vraag nog opgeworpen te hoorenomdat
zijhet oog voornamelijk op de gedenksteenen van
nehalennia geslagenhet niet twijfelachtig houden
dat de tempel in de eerste plaats aan NEIIalennia
gewijd geweest is. Mij intusschen schijnt zulks
geenszins zeker. Integendeel er is grond het te be
twijfelen. Immers, wanneer er oorspronkelijk niet
meer beelden en beeldwerken in dien tempel aan
wezig geweest zijn als wij nu kennenschijnt het
eer, dat de tempel in de eerste plaats aan victoria
dan aan nehalennia gewijd geweest isomdat het
beeld van victoria het grootste van alle gevonden
beeldwerken isen dus voor het voornaamste zou
moeten gehouden worden. En zijn er, gelijk waar
schijnlijk ismeer beelden in den tempel aanwe
zig geweest dan er tot nog toe gevonden zijn, zoo
kan het niet beslist worden, aan welke Godheid de
tempel in de eerste plaats gewijd geweest isom
dat het grootste of voornaamste beeld verloren kan
geraakt zijn Het aantal der gedenksteenen van
1) Het hoofd van neptunus PI. XI. fig. Igeeft grond om le veronderstel
len dat er een standbeeld ook van dien God aanwezig was. Dat hoofd
is door van sciiuyleneurgh naast het beeldje van nehalennia op grootte