52
tas splendidiorcs operis fornieali, quae palatiis re-
gum praestruuntur: aut arcus triumphalis urbis,
ac praecipue post Judaeos dcvictos, posiluin
Tito Vespasiaïio. Kam e basi adsurgunt colum-
nae modo quatuor, modo binae, eacque vel
«planae, (figura parallelogrammi rectanguli) vel
cylindriacaerarius striatae. Atque bis dein ar-
»cuata moles superinducitur." Deze beschrij
ving is én verstaanbaar én juist; Men beschou-
we de afbeeldingen en men zal het alzoo vin
den.
Ileeft Keysler evenwel ten opzigte van het hei
ligdom nevelen aangebragtnog schadelijker is
zijn invloed geweest ten opzigte der Godenheelden.
Men gelooft nog heden ten dage dat er in Zeeland
een standbeeld bestaat van Hercules Magusa-
nus, met een dolfijn in dereglerhanden een
garnaalkreeftkrab of ander beestje aan de voe
ten want het is doorMoxTFAueox, Martix enz. enz.
overgenomen uit Keysler. De geleerde Gr mm
schrikte bij den aanblik van dezen vreemden per
soon zóó terug, dat hij uitriep Auf den
Hercules Magusanus lasse ich micli nicht
»eiu," en voorts een onbillijk vonnis over Cakke-
gieter velde. Anderen waren minder bang en
bekeken hem. Moxe 2) besloot uit deze attributen
dat de Magusanus zeer naauw verwant was aan
Keptunus; hetgeen wij ja ook geloovcn, doch
I) UTtjIh. s. 203.
S) T. II., s. -819.