228 1. super defunct os 2. enz. 18. Anders waren en zijn de lijkmalen ook in Zeeland in zwang, ken de men ook daar plaessen die niet zuver ziin en liield men er de gestorvenen in eere. -• De aloude Zeelanders vereerden God i n d e 'Ka t u u r. Beschouwen wij nn deze door Eligius geschetste Godsdienstige begrippen der Vlamingen en Zeeuwen in de 7e eeuw met de noodige opmerkzaamheid dan hervinden wij dezelfde gronddenkbeelden, wel ke wij bij de verklaring der gedenkstukken hebben aangetroffen, ja zelfs de mythe, welke wij daar vonden nog weinig veranderd en ontwikkeld. Wij vinden toch bij Eligius 5. nog altijd het zelfde vijftal Godheden dat wij op de monu menten aantroffen, terwijl de Edda een twaalf tal Asen en nog meer Asinnen noemt. Hieruit mo gen wij besluiten tot eene bijzondere en zelfstan dige voorstelling, op welke de Eddaleer niet dan met behoedzaamheid kan toegepast worden. Op merkelijk is daarenboven het verschil tussclien de Zeeuwsche hoofdtriade en de noordsche, in welke Niordr over het geheel minder hoog geplaatst was dan hier. Maar in de Oostzee vindt men ook het verschijnsel niét hetwelk op de Zeeuwsche kusten zoo sterk in het oog valt, namelijk de verbazende werking van eb en vloed. Want in het Kat tegat nemen deze reeds af, en in de Belten en de

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1845 | | pagina 248