266
hetgeen wij boven van den St. Jansdag gezegd heb
benvolkomen instemt.
Uit de 18e der vermaning van Eligius (blz. 226)
weten wijdatwaar de oudste kapellen bij de
werfplaatsen waren opgetrokken, men daar de be
handeling der twistgedingen overbragt naar de ker
ken en kerkhovenen van elders dat dien ten ge
volge de priesters der zich vestigende nieuwe gods
dienst eenen grooten invloed verkregen opderegts-
handeling. Dit overbrengen heeft ook te Kapelle
plaats gehad, gelijk blijkt uit de oudste bekende
keure der heerlijkheid, zijnde van 1363 waarinde,
voor ons tegenwoordig onderwerp gewigtigebe
paling gelezen wordt:
Alle twistelike zaken die niet verzoent en syn daersal
de scoutate ghebod toe leggen des zonnendacchs ter kere
ls ken en de sitten daer eenen dach toe ende versoenen se."
Straffen.
Even als de Godsdienstige handelingen waren bij
de Germaanschc stammen ook de straffen symbolisch.
Tacitus vermeldt 12 tweederlei doodstraf als bij
hen in zwangt. w. ophangen en versmoren in water
of moeras, en voegt erbij: diversitassupplicii illuc
wrespicit; tanquam scelera ostendi oporteat dum
wpuniuntur, flagilia abscondi." Die zelfde verschei
denheid wordt, zelfs tot in de jongstverloopen eeu
wen, gedurig in de Zeeuwsche strafoefeningen waar
genomen. Toen Leunis Dojiis de kerk te Brigdam-
me had in den brand gestokenwerd hij den
1 Junij 1562 te Midddelburg veroordeeld om ge-