16
pelijke Bijdragen bl. 45, door den Heer V. v. \Y. (Verster
van Wulverhorst) En beschreven door den heer Leemans,
t. a. pi. bl. 4., no. 6.
No. 4. Suzanna ter straf weggeleid. Deze is de reeds
vermelde, dien Cannegieter voor Velleda hield, en die bij
van Loon en de St. Simon is afgebeeld. Wij hebben er een
double vandie afkomstig is uit de grondslagen van het
Kasteel Zandenburg bij Veere, en in 1819 aan het Genoot
schap vereerd werd. (1) en
No. 5. (mede dubbeld). Be twee hoeven worden gesteenigd.
.Deze is het, dien ik nergens beschreven vond. De beide
boeven liggen op hunne knieën. Ter wederzijde staat een
krijgsman met een steen in de opgeheven hand. Een mand
met steenen staat bij eenen hunner.
Bij deze vijf heb ik het genoegen U eenen zesden te mogen
aanbiedente weten de hoeven ter steeniging weggeleid. Een
dergelijke werd te Nijmegen op eene Zandplaat in de Waal
gevonden, en is in kleuren afgebeeld in van Wijns Huisz.
Leven I bl. 616 bij de Bast t. a. pi., PI. XIII no. 6 en
uitvoerig beschreven door den Heer Leemans onder no. 9.
Hiermede is dan nu ons stel van zes compleet, ofschoon ik
niet twijfel of er zijn ook andere stellen geweest, die naar
de fantaisie des teekenaars andere of meerdere tooneelen uit
die geschiedenis voorstelden. (2)
(1) Volgens de Not. van Jan. 1819 schonken de Heeren Fredenberg
en van den Bossche te Veere drie gebakken steenen met figuren en
nog eenen dergelijken uit het voormalig Kasteel Zandenburg."
(2) Zoo vermeldt bijv. Jhr. J. O. du Tour den Steen gevonden in
1822 bij het graven van het Amsterdamsch kanaal. Deze stelt voor de
beide boeven voor den Regter gebragt en een baardcloozen jongeling.
(Daniel, die deze personen schijnt aan te spreken. fK. en L. B. 1822
no. 35) Zoo heeft de Kan door Leemans beschreven t. a. pl. bl. 25
deze geschiedenis mede in zes tafereelcn doch gedeeltelijk verschillende
van'* ons stel.