38 Qui legis hoc carmen Tulpino posce juvamen. Ut pietate Deï subveniamur eï. Ons MSS. wijkt echter hier en daar zeer aanmerkelijk af van den text van Schardius, Reuber en Reiftenberg, en komt veel meer overeen met het MSS. dat door Monmerqué gevolgd is. Zoo heeft het ook de vrij uitvoerige beschrijving van Spanje, met honderde namen van landschappen, rivieren en steden, die ook in de Chronique van Mouskes is inge- lascht; (1) van al het welk in Reiffenbergs afdruk van Turpin niets voorkomt: en zoo nog meer, gelijk bij vergelijking der Capitula lïbri tertii met de uitgave van Reiffenberg van zelf in 't oog springt (2). III. e ginhardi vita cakoi.i magni i mp e 11a t oei s. Was het zoo even vermelde stuk van den Pseudo-Turpinus niets meer dan een zamenweefsel van fabelenvan een geheel anderen aard is de beroemde Vita Karoli Magni door ein- hard of eginhard, den bekenden geheimschrijver en ver trouwden vriend van dien Vorst, kort na diens overlijden en in allen gevalle reeds vóór 820 opgesteld. Het is naar het oordeel van alle deskundigen eene uitstekende proeve van Biographie, waarbij eginhard zich Suetoniusen vooral diens Leven van Augustus heeft ten voorbeeld gesteld. Meer en meer wordt het dan ook in zijne hooge waarde geschat en niet te onregt een pronkjuweel genoemd, onder zoo vele echt middeleeuwsche voortbrengselen. Eginhard werd 11a Kareis dood ook Abt van Gend (3). (1) Zie die Chronyk T. I, pag. 460. (2) Verg. vooral Ilist. Liter, de Ia France Tom. IV, p 210. (3) Dit werd ook onlangs nader bevestigd door twee oorkonden van 830 en 840 voor 't eerst uitgegeven door "Waknkönig Flandrische St. ii Rg. I, s. 13 en 101 Verg. voorts ora geen andere schrijvers te noe-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1856 | | pagina 46