En echter bestonden er, althans in Handschrift, twee goede en zeer omstandige verhalen van bevoegde schrijvers, die daarbij grootendeels ooggetuigen geweest waren van hetgeen zij te boek stelden. De een was gualtherus of gai.bertus Notaris te Brugge. Diens werk De Vita Karoli Boni etc. is het uitgebreidste. De andere is onze walterus of gual therus Aartsdiaken te Terouanne. Hij schreef het op ver zoek van johannes Aartsbisschop van Terouannedie in 1130 overleed. Beide werken zijn later gedrukt in de Acta sanctorum der Bollandistenin het 1ste deel van Maart (op 2 Maart) pag. 179219. Het tweede aldaar van bl. 163178. Het eerste wordt ook gevonden (misschien ook wel het tweede) in het 13de deel (p. 347 suiv.) der groote verzameling Ré- cueil des Historiens des Gaules par Dom. bouquet. Doch deze reuzenwerken zijn slechts voor weinigen toegankelijken zijn niet eens op alle openbare bibliotheken voorhanden waarom wij hier iets uit deze Vita wenschen op te teekenen. Zij begint aldus Prologus in Vita Karoli Comitis Elandriae. Domino suo et patri merito sanctitatis totius reverentia devotionis excolendo Johanni sanctae Teruanensis Ecclesiae Episcopo, frater Walterus dignationis ejus inutilis servus, debitum omnimodae subjectionis obsequium. Praecepit humi- litati meae auctoritas reverenda paternitatis tuae, ut, quia his nostris temporibus horrenda nimis a nefandis hominibus in partibus istis perpetrata sunt crimina) sicut gesta sunt cuncta stilo percurram et ad notitiam posterorum scribendo transmittam. Accessit etiam vestrae jussionidomini Goze- lini decani et fratrum nostrorum amica petitio. Vestrae igitur sanctitatis auctoritate et fraterna cogente caritate aggre- diar. Conabor autemomni nevo falsitatis et vulgaris incerto opiniouis evitato, simplici tantum narratione referre quae acta sunt earum quas vel ipse vicli vel virorum veracium testimonio indubitanter cognovi rerum lectoris cog- nitioni dumtaxat necessariam occultare inveniar veritaiem. Pag. 198 verso. Explicit prologus. Incipit libellus de Vita

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1856 | | pagina 51