10 blijkt ook, dat de Stad toen garnisoen had en de poort op het Zegel van 1554 werd gesloten afgebeeld, omdat de oorlog- toen nog voortduurde (1). No. 4. Eindelijk het 4de Grootzegel is van 1596. Men leest er gaaf met Romeinsche letters opSigillum oppidanorum Middel - burgensium a 1596. Het heeft het evengemeld Kasteelechter met dit onderscheid: 1. dat de poort open staat, in welke een gewapend man schildwacht houdten 2. dat op het bo venste geen gewapend man met trompet en vlag met dubbelen arend staat. Yan de eerste verandering ligt de rede misschien in de gunstige omstandigheid, waarin het Vaderland zich in 1596 bevond, toen men reeds zoo verwas, dat men de Span jaards in hun eigen land ten Oosten en Mesten bestookte, en de Vereenigde Nederlanden tot het Verbond tusschen Engeland en Erankrijk toegelaten werden (2). En wat het weglaten van den dulbelen arend betreftmogelijk heeft men toen geoordeeld dat dit sieraad, afkomstig uit de grafelijke tijdenzoo kort na de afzwering van Philips niet wel voegen zoude. (1) Wag. V. dl. (Vad. Hist.), bi. 446. (2) Vad, Hist. VIII, 458 en 451.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1856 | | pagina 18