6
Tn April 1845
Vijf Romeinsche, twintig oud-Frankische.
In November 1845
Eén gouden trien s, twee oud-Erankische.
In Maart 1846
Zeven Romeinsch-Keizerlijke, drie penningen van keizer
i.odewijk, drie trientes, veertig oud-Frankische, drie Grafelijke
munten.
In Januarij 1848
Ééne Romeinsche, één triens, negen Frankische, twee oud-
Vlaamsche, ééne Schotsche munt.
In Juni) 1848
Vier Romeinsche, vijftien oud-Frankische of Brittannische
munten.
In October 1849
Ééne van kakel den grooten, ééne van keizer t.odewijk,
tien oud-Frankische.
Zijnde deze munten aangekocht en bij het Genootschap overge-
bragt door den heer Mr. s. de wind, Vice-Fresident van hetzelve.
In Januarij en Februarij 1850
Twee Romeinsche, vijf trientes, vier Carolingisehe, acht-en-
dertig oud-ï1rankische.
In Junij 1852
Twee Romeinsche, een gouden triens, twee van kakel den
grooten en van i.odewijk, vijftien oud-Frankische en vier
Vlaamsehe munten.
Al deze munten zijn te voorschijn gekomen op de zelfde
plaats, waar ook vroeger de meeste gevonden waren, die ik in
mijne vorige verhandeling heb aangewezen ais te zijn gelegen
aan het strand, omtrent op de scheiding van de buitenplaatsen
Duinvliet en Westhoven, niet ver verwijderd van dat punt,
waar nog van tijd tot tijd overblijfselen van vroegere woningen
in den grond gezien worden, en dat op oude kaarten van Walche
ren, onder anderen op die, welke is uitgegeven bij de Wed.
ottens en Zonen te Amsterdam, wordt aangewezen, als de ver
dronkene woningen der oude Gotlienwaaraan de heer canne-