35 kust van Kent gelegen, onder de leiding van de gebroeders hen gist en iioitsA plaats had 1), en dan kan welligt de daarmede vereenigde T/z. bij de 2e soort, zijnde een vierkant met onder scheidene figuren in het midden, die niet op al de munten de zelfde zijn, worden gehouden voor de voorstelling of afbeelding van de eerste nederzetting, versterking of van het fort, dat dit invallende volk, het zij op het eiland Thanet, het zij elders op de vaste kust van Kent gesticht heeft. Men vindt die T/z. ook terug bij de lc, 4e en 7e soort, terwijl de heer stiiutt in zijn werk: V Angleterre ancienne cm Tableau des mceurs deses habi- tans, de afbeelding geeft van bijna vierkante aarden forten of versterkingen, waarvan in Engeland de overblijfselen nog aan wezig zijn, en die aan de Anglo-Saxen of aan de Denen worden toegeschreven. De runische letters, waarin de naam van ethelbert op de aangehaalde munt voorkomt, strekken mede om het verband te bewijzen tusschen deze laatste en die van mijne 3e, 4e, 5e en 6° soort, waarop ook runische letters worden gezien. De zeven eerste soorten der vroeger gevondene munten, waar van ik de beschrijving en afteekening gegeven heb, kunnen dus gerustelijk te zamen met die, welke later zijn gevonden, als mun ten van het oude koningrijk Kent afgezonderd worden. De heer t.elewel geeft in den Atlas van zijne Numismatique du moyen-age, pl. 10, n°. 1, de afbeelding van een der muntjes van de 4e soort, hebbende het vierkant aan de Y/z en op de T/z eenige figurendie waarschijnlijk een vorstenhoofd moesten voorstellen, waarbij eene A nog duidelijk is te onderscheiden, over welke letter of welk muntteeken wij later zullen spreken. Lelewel schrijft die munt ook aan het koningrijk van Kent toe 2)doch, in strijd met den heer cartier, die de serie dezer muntjes met ethei.beet laat eindigen, meent lelewel, dat zij eerst na de invoering van het Christendom aanvangt. In het jaar 1835, toen dat werk is uitgegeven, meende die heer 1) Hume and smollkt, History of England, bat; dry's editie 1837, ld. 5. 2) Numism. du moyen-age, deel I, bi. 5.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1856 | | pagina 39