78
landtsluyden, die trouwe voorsorge en meedoogende behulp-
saemheydt noch verhoopt noch gevonden souden hebben."
Zoo als het evenwel met alle wereldsehe zaken gaat, zoo ook
ten deze. De keuren en ordonnaneien, die van zoo hooge tijden
dagteekenden, waren gedurig gewijzigd, aangevuld, en weder
gedeeltelijk door anderen vervangen.
Verouderd, hadden zij alle éénheid verloren, werden zij zon
der klem in toepassing, en ten lange laatste niet meer voldoende
aan de eischen des tijds, de bedreigende strafbepalingen wa
ren te buitensporig gestreng of werden ontoereikende bevonden.
Het beheer hing, zoo niet geheel, toch grootelijks af van de
handelende ambtenaren, die (zonder hen hard te willen vallen)
wel nimmer in gebreke bleven dat strandregt voor den fiscus zoo
veel mogelijk productief te maken; en, of zij daarbij dan wel
hunne eigene belangen uit het oog hebben verloren, daarnaar
hebben wij niet onderzocht.
In één woord:de toenemende ontwikkeling der maat
schappij (te midden der vorige eeuw) bragt te weeg, dat al meer
en meer de behoefte gevoeld werd tot nadere voorzieningen en
hervormingen.
Dit blijkt weder uit de authentieke bescheiden van dien tijd.
Het was op den 11 mei 1741, dat het onderwerp ter vergade
ring van de staten van Zeeland ter tafel werd gebragt, en dat een
nieuw reglement te dezer materie geconcipieerd in handen werd
gesteld eener commissie ten fine van rapport. De zaak bleef
evenwel gedurende 10 jaren nog zonder gevolg (28).
Op 3 junij 1751 bragt de raadpensionaris dit concept op
nieuw ter tafel in de vergadering der staten, zich er uitdruk
kelijk over beklagende, dat heeren commissarissen tot dien dag
toe steeds waren gebleven buiten conclusie tot groot nadeel en
schade van dezulken, die het ongeluk hadden mot hunne sche
pen op do stroomen en banken der rivieren te stranden. (29)
Hierop werd het nader in handen gesteld der rekenkamer, en
kwam reeds den 14 junij daaraanvolgende ter vergadering in
deliberatie, in welke vergadering het een zoo gunstig onthaal