88 aangemerkt, en ik meen, dat men alsnu de oplossing van dit belangrijke punt genaderd is, en dezen berg als eene voormalige heilige offerplaats der Germaansche of Druïdisclie eerdienst zal kunnen beschouwen, op de twee navolgende gronden, als: a, op de plaatsbenaming van de streek waarin de Luycxberg gestaan heeft en hop de waarschijnlijke terug vinding van den offersteen of Dolmen die vroeger aldaar is aanwezig geweest. De tegenwoordige gemeente van Serooskerke, waarin de hof stede ligt, die vroeger op zijn' bodem de thans geheel afge graven Vliedberg zag verrijzen, was in vorigen tijd gesplitst in twee deelen, als het eigentlijke ambacht van Serooskerke en het Hondegems-ambacht De naamsoorsprong van die laatste streek, lag tot dusver in het duister en het onder zoek daarnaar heeft tot belangrijke uitkomsten mogen leiden. Als de oudste oorkonde voor de Duitsehe taal, die in ge schrift bestaat, wordt gehouden de vertaling in het Gothisch van de vier evangeliën, die door den bisschop Ulphilas om streeks het midden der vierde eeuw gemaakt werd; hij ver vaardigde dit belangrijk werk om de Gothen en andere Duit sehe volken die toen nog met het letterschrift onbekend waren de christelijke godsdienst, die reeds wortelen onder hen had geschotenmeer en meer te leeren kennen en liefhebben. Het grootste gedeelte van die vertaling is in het bekende zilveren handschrift dat te Upsal in Zweden bewaard wordt, vervat. Bij onderscheidene bijbelplaatsen waarin van offer handen wordt gesproken als Matth. 9 13, Marcus 9:4-9, Lucas 2: 24, Johannes 16:2, Matth. 5 23, 24 en Lucas 1:11 wordt het woord offer, of de daad daarmede gemeend, door hunhune, huns of hunsl overgezet 2). Naar de Duitsehe tongval worden die woorden hoen, hoene, koens en hoensl uit- 1Zie de "kaart van Walcheren van D. H. Carkl en A. IIatïinga. 2) J. Grimm, Deutsche Mythologie3e. Ed., bl. 53. Buddingh, Ver handeling over het IFeslland, bl. 325.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1859 | | pagina 88