89 gesproken, en zijn dus gemakkelijk hier te lande in hou enz. overgegaan. Daar liet nu geen betoog behoeft, dat gemhem, heim, een huis, een verblijf of eene plaats beteekent, zoo zal ons Hondegem (of Huuslegem) letterlijk door offerplaats kun nen vertaald wordeneven als door Buddingh Ilunslo als offerlo, Uoiuhluer als offerlaer enz. wordt aangewezen1), en mag men dan met de meeste waarschijnlijkheid den Luycxberg voor de offerplaats houden, waaraan die streek den naam van Ilon- ilegem heeft ontleend. Men vond zoodanige offerplaatsenvolgens de berigten van alle oudheidkundigensteeds in het midden van heilige wou den of bosschen, en dit zal dus ook wel het geval zijn geweest met onzen Vliedberg: naar alle waarschijnlijkheid is het bosch van de tegenwoordige buitenplaats Noordhout, thans het eigendom van Mr. P. N. Schorer, nog een overblijfsel van het vroegere heilige woud. Dit bosch is van den Luycx- berg niet verder dan ongeveer 310 Ned. ellen verwijderd, en zal zich in vorige tijden ten westen over geheel Hondegems ambacht en welligt verder uitgestrekt hebbenals wanneer de aangewezen offerplaats in liet midden van het woud zal gele gen zijn geweest. De gesteldheid van het bosch van Noord hout, dat ik sedert vijftig jaren ken, had mij vroeger dikwerf doen vermoeden, dat men daar nog eene van die weinige plaatsen in Walcheren vond, waarvan de grond zich ongeroerd in den oorspronkelijk® staat bevond, en de gissing dat het nog een overblijfsel van het heilige woud is, wordt daardoor versterkt. Na de invoering toch van het Christendom in deze streken zijn de plaatsen, aan de heidensche eerdienst gewijd, aan de Christelijke geestelijkheid overgegaan 2); men vindt daar van het bewijs in het bouwen van kerkenwaar vroeger tem pels of andere heidensche dienstplaatsen aanwezig warenen 4) Buddingh, als voren, bl. 324. 2) Dressf.lhuis, de Godsdienstleer der aloude Zeelanders.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1859 | | pagina 89