18 echterdat we hier die talrijke en veel bevattende geschriften gaan analyseren, veel minder beoordeelen. 'tZou een reuzenwerk zijn, waardoor wij de ons gestelde grenzen verre overschrijden zouden en waartoe wij ons eene bevoegdheid zouden aanma tigen, die boven onze krachten is. Tegenover den geest, die zoo verbazend veel in zich opgenomen en zich van zoo vele zijden ontwikkeld had, zoeken wij geen plaats op den regter- stoel, maar beklimmen slechts bescheiden die hoogte, van waar wij het best de schatten zijns onderzoeks in oogenschouw kunnen nemen en hem zien in 't licht zijner geleerdheid. Nadat Dresselhüis in de „Boekzaal" voor September 1815 als schrijver w-as opgetreden met eene voorlezing over den brief van Judas, die veler aandacht trok, en zijne redevoering over de verpligting tot ondersteuning der Bijbelgenootschappen had uitgegeven, werd hij van alle zijden tot medewerking in tijdschriften aangezocht en beantwoordde hij aan die uitnoo- digingen op milde wijze. Meer dan vele schrijvers, die hun' pen uitsluitend aan de godgeleerdheid wijden en wij zullen zien hoeveel hij buitendien nog te voorschijn bragt vinden wij hem op dien akker werkzaam. In het „Nieuw Christe lijk magazijn" van Krom, in de „Bijdragen voor het leeraars ambt" van Visser, in IIeringa's „Kerkelijke raadvrager en raadgeveren menigmaal eldersliet hij vele stuk ken opnemen, die van zijn' vruchtbaren geest, van zijn' grondige studie en van zijn' scherpen blik getuigen. Wij zullen ze hierachter, in de lijst, zijner werken, afzonderlijk op geven. Doch met onderscheiding moeten wij melding maken van de „Leerrede ter bevestiging van eenen leeraar, uitge sproken op een Christelijk Pinksterfeest," in het laatstgemelde geschrift opgenomen. Zij werd door hem gehouden te 's Heer Abtskerke den 14 Mei 1826, ter bevestiging van P. Can ter Alta, aldaar van Betranchement beroepen. Heringa getuigt van hare gepastheid en doelmatigheid en plaatste haar vooral daaromomdat zij een' schoone en wèl gelukte proeve gaf, hoe men beide zaken, het Pinksterfeest en de predikants-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1862 | | pagina 18