84. door het XVIP-eeuwsche pathos aangezet en levendig gehou den, gaf aan den r/rallen-strijd eene onuitwischbare berucht heid, niet zoo zeer ter zake welligt van het onderwerp als veel meer wegens de eigenaardige wijze, waarop de vrij zinnigen en papisten, zoo als zij genoemd werden, destijds hun kerkelijk beginsel toelichtten en verdedigden. Lansbergen intusschen, niet de schrijver geweest zijnde van de Grattae 3), greep (welligt niet ongaarne) deze gelegen heid aan, om zich op zijne kerkelijke regters, de vroegere coetus-mannen en de Middelburgsche censuristenvan welken Apollonii de aanvoerder was, te wreken; en in weerwil dat deze, in eene verantwoording/iezijne insinuatie voor een deel had terug genomen, zoo deed Lansbergen hem niettemin een proces aan wegens laster, en gaf hij het hier boven ge noemde vlugschrift uitOntdeckinghe der schanden van Mr. Apollonius enz. Hierin werd, zoowel de uitspraak van den coetus van 1613 J) Het onderwerp inoge belangrijk zijn, op behagelijkheid voor den leek maakt het geene aanspraakwant er behoort een zeldzame moed toe om de niet zeer onderhoudende vertoogen over de attributen van eene ecclesia invisi- bilis en soortgelijke zaken con amore te volgen. 2) Men moet echter betwijfelen of hij aan de verschijning van de Grallae geheel onschuldig is geweest. Volgens Gruiwardt {Ampliatie van de docu menten en stuckenraeclcende de deductie over 't recht van sijn huijsvrouw en kinderen1668, bl. 41) hield men Claudius Salmasius voor den schrijver, en zouden de Lansbergens de bouwstoffen geleverd hebben. Bijaldien Sau- maisk werkelijk de schrijver is geweestdan moet hij goed op de hoogte zijn gebragt geweest van de drijverijdie in het bijzonder te Middelburg plaats greep: want konden al de handelingen van de classis van Walcheren tegen de independenten in Engeland en het voorgevallene met den kerkeraad te Middel burg bij gelegenheid van de collecte voor deleren, van algemeene bekendheid zijn, dan was dit niet waarschijnlijk ten opzigte van de overige grieven tegen Appollonii opgehaald (zijne houding hij de orgel-quaestie in de kerk, bij de instelling van de kamer voor kleine zakenbij het voorgevallene met Sijpe- steijn enz.). Salmasius, die alles behalve parlementsgezind was en de defen- sio regia geschreven heeft, kon door niemand beter omtrent den schrijver van het jus majestatisdie als het orgaan van de classis van Walcheren was op getreden, worden ingelicht dan door zijne geestverwanten, de Lansbergens.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1862 | | pagina 84