86 hij andermaal de bescherming van de overheid er tegen inriep, dat hij de gemeente tegen de gevaarlijke strekking er van waarschuwde, en dat hij den auteur, den 11 April 1648 we gens zijne ergerlijke geschriften nogmaals censureerde. Pieter Lansbeugen kon alsnu gerekend worden geestelijk geheel vernietigd te zijn, en leidde tot aan zijn' verderen maatschappelijken val, hoezeer meer bedekt een kommervol leven. Naar hetgeen hij in zijne ontdeckinghe mededeelt, heeft liij zich voor zijn' dood met de weduwe van Elpsdijk ver zoend; maar zijn leven scheen niet bestemd om zelfs een' kalmen ouderdom te gemoet te gaan. Het laat zich begrij pen dat een, onder gestadige twisten voortgezet bestaan, arm moet geweest zijn aan genotin weerwil van den bijval en van de bewijzen van sympathiedie hij zegt wel eens te hebben ondervonden en dat het nog daarenboven onge schikt moet geweest zijn om voor zijne betrekking als genees heer, vertrouwen bij het publiek in te boezemen. Als zoodanig heeft hij zich noch te Goes noch te Middel burg in eenige mate onderscheiden, en het is waarschijnlijk slechts aan den invloed, dien zijn broeder Jacob als regerings persoon bezat, toe te schrijven geweest dat hij met eenige openbare bedieningen als med. doctor te Middelburg begun stigd werd. Hij is namelijk in 1645 aangesteld tot doctor van het Gasthuisvan den armenvan de stad en van het Oudemannen- en vrouwenhuis, doch slechts korten tijd in het genot van die betrekkingen gebleven, daar de nederlaag van zijnen broeder Jacob hem die in 1651 deed verliezen 2). Deze gebeurtenisop welke wij later uitvoerig terug ko men, scheen voor zijne vijanden eene uitmuntende gelegen heid om den lastigen broeder Pieter Lansbergen verder ook J) Vele aanzienlijke lieden uit vreemde plaatsen kwamen hem bezoeken, zooals hij zegtals een subject dat so vele hadde geleden. (Notulen van den kerkeraad te Middelburg dato 8 Sc-pteinber 1647). 2) Ilij is in eene en andere betrekking opgevolgd door Dr. Pieter Buks. (Notulen ten rade van Middelburg dato 17 Junij 1651).

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1862 | | pagina 86