113
dyckvellynge tegen te gaan ware. Men bedoelt de Bemerkingen
door acht voorname eigenaren in achterliggende polders opge
steld gedateerd Gendden 4 Frimaire, an IX, en den 5 aan
den prefect vair de Schelde overgegeventegen het heffen van
het zoogenaamd extraordinair voor de Calamiteuse polders
nader bekrachtigd door het keizerlijk decreet van den 28 De
cember 1811in welk stuk de volgende opmerkelijke pas
sage voorkomt
„Indien op zekeren tijd achterliggende polders eenig voor-
deel getrokken hebben uit de dijkagie van eenige voorpolders
„zij hebben het ten vollen betaald met het recht van dijkveij-
„lingedat gemeijnelijck plaetse greep en ten zeggen van experten
„begroot werd."
Deze betaelingedie onbekend was aen de opstelders van
„het besluijt van 19 Messidor, legt op aen de voorpolders de
„contractuele obligatie van de achterliggende te bevrijden van
„alle overstroominge en hun behoud te verzekeren tenenkelen
„koste van de voorpolders."
De objectie derhalve die opgelost moet worden is dat men
dijckreijlingniet d jckfiellynge lezen moeten de opvatting
die tegengegaan moet worden isdat voorliggende polders de
J) Deze Bemerkingen zijn vervolgens gedrukt en rondgedeeld.
[Nadat de Inleiding reeds gedrukt was, is ons door de verpligtende tusschen-
komst van den heer Commissaris des IConings in Zeeland, R. W. baron van
Lijnden en den lieer griffier der Staten mr. S. van der Swai.mk medegedeeld
een afschrift van deze Bemerkingenzoo als die in het Franschaan den prefect
zijn ingediend en berustende zijn in het archief van Oost-Vlaanderen. De titel
luidtObservations sur le nouveau mode introduit pour Ventretien des digues
de mer et des poldres de la ci-devant Flandre-IIollandaise et AuiricMenne et sur
la nécessité de maintenir les anciennes administrations de ces digues et poldres.
De namen der onderteekenaars zijn: M. J. Vfrstraete, Artaud P. F. Lip
pens G. Stern Lippens P. Lammens J. Hacquart en van Waesberghe
Vainé. Over het regt van dijkvelling komt er niets anders dan de hierboven
door den heer van Citters aangehaalde woorden in voor. Overigens bevat het
stuk nog vele belangrijke bijzonderheden en verdient, evenzeer als het Arrêté
waartegen het gerigt is nader gekend te worden. Beide stukken zijn evenwe
te uitgebreid, om hier te kunnen worden medegedeeld].
