119
„van clen nieuwen varsschen vaart van Sluisen welke con
ventie keizer Kakel ratificeerde den 27 Junij 1550 Heden nog
is de water-ringgroot Reijgersvlietdaar ter plaatse bekend s).
b. Noord opgaande ontmoet men de watering van Greveninge
in welke St. Anna ter Milicien ligtmet welke vereenigd zijn
1°. de Zoute Panne, 2°. Zand Baij3°. Robbe Moreel, 4°. Brugsche
5°. Manneschijn, 6". Bruxus7°. St. Jacobs, 8°. Nieuwe Brug
sche 3) en wel mogelijk nog meer polderkenswant men telt er
tot zestien toe.
c. en cl. De water-ringen Bewesler- en Beoosler-Eecle. De
existentie van beiden is buiten tegenspraak. In liet volgende
punt zal er beter gelegenheid zijn dit aan te toonen. De laatste,
na de herdijking van diverse gedeelten van dezelve in 1613 en
1650 4)is steeds blijven exteeren, want in 1672 is de Biezen-
polder, noord tegen den Landioeerdyl. van 1282 gelegen, van
de generale watering van Beooster-Eede gesepareerd en heeft
na dien tijd op zich zei ven bestaan 5).
e. en f. De water-ringen van Caclsuncl en van Zuijdsande in
Cadsand. De laatste staat aldus reeds bekend in 1508 6). En
ten opzigte van beiden vindt men aangeteekend dat keizer Kakel,
den 18 Junij 1537 bij octroi], verklaarde„dat, alle de pol
ders in Cadsand souden uitmaken eene wateryngemet last
„dat alle de particuliere ontvangers en geswoorene van elcke
„polder souden cesseerenen ter ordonnantie van de gemeene
„gelandenbij den collegie gecommitteerd worden alleenelyck
„eenen ontfangere en vyf geswoorenedie gehouden sullen syn
„alle jaare rekeninge te doen aan denselven gelandenter pre-
Zie Zwarten Register lij den Vrijen tot Brugge, n". VIII, fol. 17.
verso23 en 25.
2) Zie Teg. Staat der Nederl., dl. IIbl. 505.
3) Geteekende kaart van Greven-Inge.
4) Groot glaccaatloekdl. II, bl. 1893 1996.
5) Volgens medegedeelde berigten van den }ir. W. E.
Ommeloper van de Waterynghe van Znitsandevermeien bij Claas TaNï
c. s. 1508.
