126 Deze ramp bepaalde zichblijkens den inhoud van het octroyniet tot den hoofd- maar tot een iy-polderwelke zich zoowel in de parochie van Wevelswale en Vremdijkals in Coudekerke zelf, uitstrekte. Maar niet lang voor 1542 is de dijkagie van Coudekerke eene totale inundatie overkomen uit welkers herstellinggedaan op octroy van Keizer Kakel van 1542 en geprolongeerd door Koning Philips in 1562 J) de tegenwoordige Gouden- en Loven-polders, te zamen IS a 1900 gemeten, hun aanwezen te danken hebben ik herzeg dattoen de Couden- en Lovenpoldersdezen laatsten keer herdijkt werden zoo is door den polder Vieemdijk 4 en dooi den Willemskerkenpolder f 3 per genietals naastgelegene pol ders, moeten gecontribueerd wordeneene omstandigheid, welke ten opzigte van den laatsten polder niet had kunnen plaats vin den, indien Dijk veiling e eertijds beteekende wat de heeren be- merkers daar nu van willen maken, vermits Willernskerke zeker lijk een ouder polder is dan de vorige Coudenpolders geweest zijn 8)aan welken Willernskerke dus dijkvellinge betaald zal hebben en daarmede zijn behoud aan die zijde verzekerd had ten enkele, kosten van den Coudenpolder. e. Een diergelijk geval als het zoo evengemelde vindt men bij Schakp 4), namentlijk dat toen Vreemdijke a°. 1572 her- dijkt werd, op octroy van Koning Philips, het land van Axelle, Assenede, Bouchoute't land van Waas en de Oudenburg Beide deze oetroijen zijn mijn wetens niet uitgegeven, echter genoeg be kend; zie Scharp, Cost, van Axeldl. II, bl. 301. 2) Voorheen3500 gemeten thans 1850 dus nog bevloeid1650 gemeten indien de oude kaart accuraat is. 3) Willernskerke lag reeds bedijkt a°. 1190, volgens een brief van Sigerus van Gend en gemelde Sigerus heeft tot oom gehad Willem heer van Boit- chautenaar alle schijn de bedijker van Willernskerke, zie du Chèswe b neaU de Gandp. 298675. Coudekerke niet af te leiden van de Cauchenmaar van koudkoelkoude nattige gronden. 4) Costumen van AxelII, 302. Vergelijk Bijlage i?, II, 76.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1866 | | pagina 130