153 BAS. Asymmetrisch. Sterke sulci cerebr. De sulcus transv. is geheel glad en verandert eerst in het slaapb. in eene sleuf. Sterk proc. styloideus. Diepe maar kleine foss, cerebr. post. diepe voorh. kuilen. Weinige hersenindruk- eels. Inhoud bij benadering 1150 cub. e. 16°. Tamelijk zwaresterke schedelkapzonder basis en slapenvermoedelijk van een mangladzonder exfoliatie niet klevendgeelbruin. Beginnende naadverbeening. VERT. Onregelmatig, langwerpig, met vooruitspringende voorh. lijst, en een goed deel der schelp zigtbaar. Niet geheel symm. Sterke tubera par. en ligte sleuf aan het eind van den pijlnaad. Een for. par. Op het linker wandb. eene cir kelronde verdikking van één cent. breedte het been is daar ongeveer 8 m. dik. Eene kleinere aan het voorh. been. FRONT. Breed. Sterke arcus en inéén vloeijende tubera. Linea eminens met sporen van vroegeren naad. Regts eene groote incis., links drie for. supra orb. PROF. Langwerpig met goed gewelfd voorh. en uitpuilend achterh. Groot planum. OCCIP. Van boven breed. Grove asymm. ncklijnen. Eene derde cirkelvor mige verdikking op bet regter deel der schelp. BAS. Vele kuiltjes van Pacch. Weinige hersenindruksels. Groote foss. cereb. post. Groote oogkuilen. Inhoud niet te bepalen. 17°. Deze volwassen schedel, waaraan alleen de tanden en onderkaak ontbreken, is in 1858 nit een graf genomen en mij ten geschenke gegeven door den heer B. Sivert, genees heer te Oostkapelle. Hij vertoont een fikschenstevigen bouw en is vermoedelijk van een man geweestmaar niet van een bejaard manimmers de naden zijn voorhandener is een volkomen voorhoofdsnaad en het grondstuk is nog niet met het wiggebeen vereenigd. De kleur is donkeren nergens ge- exfolieerd. Er is asymmetrie. De moeijelijk te ontraadselen reeks van alveolen is compleet. VERT. Korteirondbreedkrachtigvooral breed van voren en aan het onder-achterdeel der wandb. Twee groote for. par. De schedel is regts veel meer uitgezet dan links. FRONT. Matig breed, minder dan n°. 1. Regts eene incis., links een for. supraorb., beide klein. De linea eminens veroorzaakt een pyramidaal-vorm. De oogkassen breeder dan hoog.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1866 | | pagina 157