156 nende verbeeningmet geringe spierlijnen vermoedelijk van eene vrouw. VERT. Kort rond-eirond veel breeder naar achteren dan gewoonlijk. Een naadbeen in den kroonnaad. Geene for. pariet. FRONT. Regelmatig gewelfd. Kleine incisurae. Geringe arcus. De tubera duidelijk. PROF. Kort. Hooge kruin. De schelp ter plaatste van de fossa cerebri ach teruit puilende. De slaaplijn groot maar oppervlakkig. Tepels matig. Indeuk boven den lambdanaad. OCCIPIT. Vierkantuitpuilend achterhoofd. BAS. Inwendig gewoon voorkomen. Diepe fossa digastrica. Diepe maar korte geledingskuilen. Duidelijke impressiones. 22°. Zware, grove, met sterke spierlijnen voorziene, niet geëxfolieerde schedelzonder gelaat en missende den linker slaap en een deel der basiswaarschijnlijk van een man. Na den zigtbaar. VERT. Onregelmatiglangwerpig maar van voren bijna zoo breed als aan de tubera. Een for. par. De grove pijlnaad ligt als in eene sleuf. FRONT. Breed en grof, vooral naar onderen door de sterke oogkasranden en de ver van een staande proc. jugul. Sterke arcus vooral uitpuilend aan den neus wortel. Sterke incisurae en digt bij het jnkbeensuitsteeksel nog twee groote vaat- kanalen. De tubera uitgedruktvooral de linker. PROF. Langwerpig. Regelmatige welving. Groot maar weinig uitgedrukte slaaplijn. Groote meatus audit, en sterke tepels. Tusschen de vooruitstekende arcus en tubera is het voorhoofd eenigzins ingedrukt. Groote for. mast. OCCIPIT. Regelmatig gewelfd met sterke lijnen. Zeer groot en hoog. Van boven slechts weinig breeder dan van onderen. BAS. Breed en krachtig. Asym. Der. fossa het grootst, de linker eoudylus meer naar voren en naar beneden. Grondbeen vergToeid. Groote geledingskuilen. Inwendig sterke groeven voor de boezems. Twee foveae Paceh. Het os frontis van binnen glad. Op andere plaatsen impressiones. Diepe kuilen boven en onder de linea cruciata. Van de overige bewaarde beenderen zijn merkwaardig: a. een stuk schedel, met zeer groote, wijd uiteen staande wandbeenderen en niet verbeende naden derhalve van een sterk man van volwassen leeftijd. Breedte 152 m.; b. een stuk schedel met dikke wandb. Zeer langwerpig. Het voorh.-been is 125 in. lang en 140 breed, beide over

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1866 | | pagina 160