210
dikten schedelmet eene beschouwing der ziekteen mede-
deeling omtrent een anderenzich te Jena bevindenden kop
die slechts 1075 gr. met de aangezigtsbeenderen, zonder onder
kaak wooghebben wij te danken aan den prof. der anatomie
te Jena, dr. E. Hüschke 1)bij gelegenheid van het 300jarig
jubilé der universiteit. Men kan hem noemen den schedel van
Jenahij werd op de begraafplaats van het dorp Kranickfeld
in het hertogdom Meiningen gevondenen behoordevolgens
het zeggen van de oppasster der begraafplaatsdie meende de
drageres nog bij haar leven gekend te hebben, aan een meisje
van 17 jaren, dat wegens haar afschuwelijk voorkomen, door
haar ouders verborgen was gehouden. De schedel bestaat uit
de beenderen van den onzen, benevens het wiggebeen en een
jukbeenweegt 3224 grammen en komt in vele opzigten al
weder met onzen schedel overeen, ofschoon hij in andere
afwijkt. Merkwaardig is het groote jukbeen, hetgeen wel aan
duidt dat een groot deel van het gelaat moet uitgezet geweest
zijn. De lengte is 228, de breedte 177 mill. De grootste
dikte aan den achterhoofdsknobbel is 40en volgens het ge
voelen van den hoogleeraar vertoont hij inderdaad in vele op
zigten den kindervorm. De voorhoofdsboezemshet planum
semicirculare en de spierlijnen aan het achterhoofd ontbreken,
zoodat hij toch dat uiterlijk niet heeftwat aan den onzen bijzon
der is.
De afbeelding, die Hüschke van de beencellen geeft, komen
overeen met die van ons in sommige deelen der cortikaal laag,
Daar het mijn voornemen niet is om te beproeven iets nieuws
te zeggen over osteosclerosis of verdikte schedelsen mijne
strekking slechts is om den Westkapelschen schedel aan het
publiek bekend te maken, en ter opheldering er bij te voegen,
wat ik van dusdanige koppen, in Europa bewaard wordende,
weetmoet ik zooveel te eerderhemwien deze zaak ter harte
gaat naar dezen arbeid verwijzen, die in uitgebreidheid de voor-
Veler Cranioscler. totalis rackitiea etc., von dr. E. Hüschke. Jena 185S,